Paragraaf Financiering

Paragraaf Financiering

Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering

Waar gaat het over?
De gemeente moet dagelijks over voldoende geld beschikken om tijdig de uitkeringen, subsidies, facturen van derden, salarissen enzovoort te kunnen betalen. Om aan deze verplichting te kunnen voldoen zijn naast de belastinginkomsten en algemene uitkering ook kort- en langlopende leningen nodig. Kortlopende leningen om pieken te overbruggen en langlopende leningen om naast de reguliere inkomsten en uitgaven investeringen te kunnen doen.  

 Verderop in deze paragraaf wordt onder andere ingegaan op het verloop van de leningenportefeuille, de kasgeldlimiet, schuldquote en renterisiconorm.  

Beleid
Het wettelijk kader ligt vast in de volgende regelgeving: Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido), Wet houdbare overheidsfinanciën (Wet hof), Gemeentewet en Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). Aanvullend hierop zijn de interne regels van het treasurystatuut van toepassing die dan voornamelijk betrekking hebben op het beleid van lenen en verstrekken van leningen.  

Het treasurybeheer is gericht op minimalisering van rentelasten en beheersing van financieringsrisico’s. Er wordt alleen geld geleend als dit nodig is. De gemeente financiert zoveel mogelijk via interne financieringsmiddelen zoals reserves en voorzieningen en het rekeningresultaat na bestemming. Pas als deze middelen ingezet zijn wordt geleend.   

Trends en ontwikkelingen
De Europese Centrale Bank heeft de rente in 2024 vier keer verlaagd met 0,25%. Voor het laatst in december 2024. Deze rente daalde daarmee van 4% naar 3%. De verwachting is dat de ECB de rente verder zal verlagen tot een neutraal niveau waarbij de economie nog gestimuleerd nog afgeremd wordt. Deze dalingen tellen niet helemaal door in rentes voor de publieke sector. De meest voor de hand liggende verklaring is volgens experts dat de kapitaalmarkt krapper wordt vanwege structurele fiscale begrotingstekorten in vooraanstaande economieën.     

Voor tijdelijk overtollige liquiditeit, die bij de Schatkist wordt aangehouden, ontvangt de gemeente sinds het najaar van 2022 rente. De vergoeding is gebaseerd op de inleenrente waartegen de Staat kan financieren op de internationale financiële markten. In 2024 lag deze vergoeding op circa 3%   

 In 2024 zijn 40 startersleningen (€ 1.534.700) en 16 leningen toekomstbestendig wonen (€ 264.293) verstrekt. 

Renterisico
Het renterisico is via de kasgeldlimiet en de renterisiconorm getoetst.    

 

  • Kasgeldlimiet

(bedragen x € 1 mljn.))

Gemiddelde schuld peildatum 1e vd mnd 1e kwartaal  2e kwartaal  3e kwartaal  4e kwartaal 
-/- = schuld + = overschot +2,9  +8,5  +9,8  +2,7 

In december 2024 is een kasgeldlening aangetrokken voor één maand van € 4 miljoen voor de financiering van een tijdelijke piek aan betalingen tegen 3,25% rente. 

  • Renterisico vaste schuld 
    Om het renterisico voor gemeenten te beperken is er een norm. Deze norm heeft betrekking op leningen met een looptijd langer dan één jaar en houdt in dat maximaal 20% van het begrotingstotaal bij het begin van het jaar mag worden afgelost. 
    Het doel van deze norm is om te voorkomen dat bij herfinanciering door aflossingen en renteherzieningen grote wisselingen optreden in de hoogte van de rente die de gemeente moet betalen. 
    In onderstaande tabel is de norm afgezet tegen de feitelijke situatie. De gemeente heeft in 2024 de renterisiconorm niet overschreden.      

(bedragen x € 1.000) 

  2024  Percentage
Rente risiconorm 20% van € 73.201 miljoen-(begrotingstotaal 1 januari 2024)  14.640 20,0% 
Reguliere aflossingen  3.352  4,6%
Renteherziening   0
Ruimte (rente risiconorm – renterisico)  11.288  15,4% 

Betalingsverkeer
Het betalingsverkeer is nagenoeg alleen via BNG Bank uitgevoerd. De BNG Bank voert ook de dagelijkse regulering van het banksaldo uit. Het meerdere boven het afgesproken werkkapitaal van € 385.000 gaat automatisch naar de Schatkist van de Rijksoverheid en op verzoek, als nodig, weer terug naar de BNG Bank.  

Drempel Schatkistbankieren
Volgens de Wet financiering decentrale overheden en ministeriële Regeling schatkistbankieren decentrale overheden toont de gemeente in de jaarrekening aan dat niet meer dan het wettelijk toegestane drempelbedrag aan liquiditeiten buiten de schatkist aangehouden is. De gemeente voldoet hieraan over het gehele jaar. Per kwartaal mag het gemiddelde van de middelen die de decentrale overheid dagelijks buiten de schatkist houdt, niet boven het drempelbedrag uitkomen. 

(bedragen x € 1.000)

Omschrijving  1e kwartaal  2e kwartaal 3e kwartaal  4e kwartaal
Drempelbedrag 2% van het begrotingstotaal primair € 73.201 miljoen) op jaarbasis  1.464  1.464 1.464  1.464
Kwartaalcijfer gemiddeld buiten 's Rijks Schatkist aangehouden middelen (maximaal)  385  385  385 385
Ruimte onder het drempelbedrag minimaal  1.079  1.079  1.079  1.079 
Overschrijding van het drempelbedrag  n.v.t.  n.v.t.  n.v.t.  n.v.t.

De ingevulde bedragen zijn gebaseerd op maximale bedragen die buiten de Schatkist aangehouden kunnen zijn. Met de BNG Bank is  afgesproken dat dagelijks het meerdere boven € 385.000 automatisch overgeheveld wordt naar de Schatkist. De gemeente houdt naast diverse rekeningen bij de BNG Bank nog twee andere rekeningen aan. Zodra bij deze rekeningen het saldo meer is dan € 10.000, wordt het saldo overgeboekt naar de BNG Bank. De nu geschetste ruimte onder het toegestane drempelbedrag is de minimale ruimte en in de praktijk dus hoger.

Leningenportefeuille en financieringsbehoefte

(bedragen x € 1.000) 

Omschrijving  Omvang leningen   Rente 

Saldo leningen (looptijd >1 jaar per 01/01/2024 

Aflossingen leningen (looptijd >1 jaar) 2024 

Afgesloten lening (looptijd >1 jaar) Provincie NB 05/02/2024 2,82% 

Rente leningen (looptijd langer dan 1 jaar) 

53.473 

-3.352 

10.000

 

 

 

1.312 

Omvang leningen (looptijd > 1 jaar) per 31/12/2024  60.121  1.312 

Saldo leningen (looptijd < 1 jaar) per 01/01/2024

Aflossing kasgeldlening per 30/01/2024   

Kasgeldlening 30/01/2024-05/02/2024  

Aflossing kasgeldlening per 05/02/2024 

Kasgeldlening 19/12/2024-21/01/2025 

2.500

-2.500 

4.000 

-4.000 

3.500

9

 

3

 

4

Omvang leningen looptijd < 1 jaar per 31/12/2024  3.500  16
Totaal omvang leningen en rente per 31/12/2024  63.621  1.328 

 

Het verloop van de leningenportefeuille met een looptijd > 1 jaar ziet er over de afgelopen 10 jaar als volgt uit:

 

Vanaf 2019 is per saldo meer geleend dan afgelost. Dit komt door grote investeringen die gedaan zijn voor o.a. Sporthal, De Skool Den Burg, Postweg/Nieuwlanderweg. De daling v.a. 2021 heeft betrekking op de ontvangen afkoopsom voor de haven en wegen. De stijging in 2024 heeft o.a. te maken met investeringen tijdelijke woningen Marsweg Noord, Thijssehuis, parkeerterreinen Strandslagen reconstrueren en Redoute. 

Netto-schuld

(bedragen x € 1.000) 

  2023 2024
Langlopende schulden  53.473  60.121 
Kortlopende schulden  4.984 9.011
Overlopende passiva  5.750  6.121
Bijdrage in activa van derden  -788 -765
Liquide Middelen  -462  -3.504
Overlopende activa  -10.790  -13.520
Kortlopende vorderingen -9.199 -10.789
Netto schuld 2023/2024 42.968 46.675
Totaal baten 2023/2024 exclusief inzet reserves   76.260 81.860

 Aandeel % netto schuld / omvang baten 

*56% 57%

*De nettoschuldquote van  2023 is met 5% naar beneden bijgesteld t.o.v. de programmarekening 2023.  Dit omdat er bij het opmaken van de programmarekening 2024 gezien is dat de nettoschuld afgewogen was tegen de totale baten exclusief reserves van de begroting 2023 in plaats van de rekening 2023.

De vuistregel voor decentrale overheden is dat de netto schuld niet hoger moet zijn dan de jaarlijkse baten (omvang baten exclusief inzet reserves). De gemeente voldoet met afgerond 567% ruim aan deze vuistregel. 

 

EMU saldo  
Het EMU-saldo laat een financieringstekort zien in 2024 van bijna € 4,5 miljoen (zie voor berekening hieronder). Op macro niveau wordt gekeken of alle decentrale overheden tezamen het collectieve aandeel in het EMU-tekort zoals bedoeld in artikel 3, lid 6 van de Wet Houdbare Overheidsfinanciën (HOF) niet overschreden hebben.  

(bedragen x € 1.000) 

Omschrijving   2023  2024
1) Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves 3.180  2.163
2) Afschrijvingen   3.459  3.537
3) Saldo dotaties/vrijval voorzieningen t.l.v. exploitatie 377  1.461
4)  Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd  -10.219 -12.634
5)  Baten uit bijdragen van andere overheden (niet in exploitatie of bij investeringen meegenomen)  0 0
6) Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs) voor zover niet op exploitatie verantwoord  0 0
7) Aankoop grond en uitgaven aan bouw- en woonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden die niet op de exploitatie staan).  -995  -1.978
8) Baten bouwgrondexploitatie voor zover niet op exploitatie verantwoord  1.319 3.008
9) Lasten balanspost voorzieningen voor zover transacties derden 0 0
10) Lasten transacties derden  0 0
11) Verkoop effecten  0 0
MU saldo -/- tekort / + overschot -2.879  -4.443

Renteschema 

Hieronder wordt inzicht gegeven in de rentelasten van externe financiering, het voor gecalculeerde renteresultaat en de wijze van rentetoerekening. 

          (bedragen in € 1.000) 

  Begroot  Rekening  Resultaat 
Externe rentelasten financiering   1.692    1.305  373 
Externe rentebaten    -18    -311  276 
Saldo rentelasten en rentebaten    1.674    994  667 
Rente grondexploitatie   -30    -38     
Rente projectfinanciering  -821  -851  -821  -859 8
Rente over eigen vermogen    0   0 0
Rente over voorzieningen    0   0 0
Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente     823   135 688
De aan taakvelden toe gerekende rente annuïteiten en maatschappelijke leningen en hypotheken    -286   -286 0
De aan taakvelden toe gerekende rente via omslag     -302   -87 -215
Renteresultaat op taakveld treasury    235   -238 473

Het renteresultaat op treasury is per saldo € 472.546 positief. Dit komt enerzijds door een positief resultaat op betaalde externe rente ten opzichte van de begroting, iets meer toegerekende rente aan grondexploitaties en niet begrote rentebaten Schatkist en leningen SVN. Anderzijds is minder rekenrente voor duurzame kapitaalgoederen aan producten doorbelast. Het gaat om € 215.038. Deze begroting is gebaseerd op de volledig toegekende kredietomvang en wordt pas doorbelast als een investering volledig uitgevoerd is. Niet alle investeringen zijn (volledig) uitgevoerd waardoor op deze component een nadeel ontstaat. Dit nadeel is per saldo neutraal in de jaarrekening. De omslagrente voor overige investeringen, met uitzondering van de projectinvesteringen en annuïteiten is volgens de voorschriften berekend door de verhouding te nemen tussen betaalde rente en activavolume. De omslagrente is op basis daarvan in 2024 0,25% geweest.