Hoofdstuk 7 - Paragrafen

Paragraaf Verbonden partijen

Verbonden partijen

Terug naar navigatie - Paragraaf Verbonden partijen - Verbonden partijen

Waar gaat het over?
In deze paragraaf verstrekken we  beleidsinhoudelijke en financiële informatie  over de verbonden partijen. De algemene visie en het beleid ten aanzien van verbonden partijen zijn opgenomen in de Nota Verbonden Partijen.
Verbonden partijen zijn rechtspersonen waarin de gemeente een bestuurlijk én een financieel belang heeft. Onder bestuurlijk belang verstaan we: een zetel in het bestuur van een participatie of het hebben van stemrecht. Met een financieel belang bedoelen we dat de gemeente middelen ter beschikking heeft gesteld. Deze middelen kunnen verloren gaan bij een  faillissement van de verbonden partij en/of als de financiële problemen bij de verbonden partijen worden verhaald op de gemeente.

Bestaand beleid
Nota Verbonden Partijen (2023)
Plan van Aanpak samenwerkingstrajecten (2012)
Gemeentelijke vertegenwoordiging verbonden partijen (2022)
Financiële uitvoeringsregeling gemeenschappelijke regeling (2019)

Trends en ontwikkelingen
Het bestuurlijk en financieel belang van verbonden partijen is binnen de overheid (en ook voor Texel) de laatste jaren toegenomen en blijft naar verwachting groeien.
Door ontwikkelingen binnen de overheidssector zullen kleinere gemeenten steeds vaker samenwerken om hun bestuurs- en uitvoeringskracht te waarborgen.
Dit vraagt van het college en de raad steeds meer een balans tussen ‘loslaten’ en ‘grip houden op’. Dit vereist een hechtere samenwerking tussen de raad, het college en de ambtelijke organisatie (intern) als ook in de samenwerking met andere gemeenten.
We hebben verbeteringen in onze informatievoorziening uitgevoerd op basis van de vernieuwing van het Besluit Begroten en Verantwoorden (BBV), de uitkomsten van onderzoeken naar sturing op verbonden partijen (concern control) en informatievoorziening verbonden partijen (rekenkamercommissie). Ook geven we  in de programma’s expliciet aan welke verbonden partijen betrokken zijn en binnen welke taakvelden zij actief zijn. Bij beleidsvoorstellen van de programma’s vermelden we ook  – indien van toepassing – welke verbonden partij betrokken is.

Beleidsdoelstellingen
We voeren de in 2023 vastgestelde Nota Verbonden Partijen uit en verbeteren de informatievoorziening aan de gemeenteraad over de verbonden partijen. Hier richten we ons met name op de sturing en toezicht op de uitvoering en volgens de uitgangspunten die het college en de raad zijn overeengekomen.

Totaaloverzicht verbonden partijen gemeente Texel
De Nota Verbonden Partijen is in 2023 geactualiseerd waardoor veranderingen ontstaan in de verbonden partijen waarin de Gemeente Texel deelneemt. De onderstaande verbonden partijen zijn opgenomen in de paragraaf verbonden partijen:

Publiekrechtelijke verbonden partijen 
  • GR Veiligheidsregio Noord-Holland Noord;
  • GR GGD Hollands Noorden;
  • GR Omgevingsdienst Noord-Holland Noord;
  • GR De Waddeneilanden;
  • GR Regionaal Historisch Centrum Alkmaar;
  • GR Regionale archeologie West-Friesland;
  • GR Centrumregeling samenwerking Vlieland, Ameland, Schiermonnikoog, Terschelling, Texel en Leeuwarden.
Naamloze vennootschappen
  • N.V. Huisvuilcentrale Noord-Holland;
Stichtingen  
  • VVV / Stichting Texel Promotie


Informatievoorziening verbonden partijen van college aan de raad

Op 29 juni 2023 heeft de raad de ‘Nota Verbonden Partijen gemeente Texel 2023’ vastgesteld. Hierin staat dat we de gemeenteraad informeren over de verbonden partijen via de programmabegroting en de jaarrekening. Dit gebeurt in de paragraaf verbonden partijen.
Artikel 15 (BBV) schrijft voor dat er een lijst van verbonden partijen is opgenomen in de programmabegroting en jaarrekening en dat deze per verbonden partij minimaal de volgende gegevens bevat:
1. de naam en de vestigingsplaats;
2. het openbaar belang dat op deze wijze wordt behartigd;
3. de veranderingen die zijn opgetreden tijdens het begrotingsjaar in het belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft;
4. het eigen vermogen en het vreemd vermogen van de verbonden partij aan het begin en aan het einde van het begrotingsjaar;
5. het resultaat van de verbonden partij.

Informatie over verbonden partijen

Hieronder staat de beleidsinhoudelijk en financiële informatie per verbonden partij. Een aantal onderdelen is wettelijk verplicht, overige onderdelen zijn opgenomen op basis van de door de raad vastgestelde Nota Verbonden Partijen. De informatie is zo actueel mogelijk verwerkt op basis van de beschikbare gegevens per verbonden partij.

Samenwerking op het gebied van sociaal domein

De informatie over de regionale samenwerking in het sociaal domein staat in programma 2 Zorg voor elkaar, veiligheid op orde.

Publiekrechtelijk verbonden partijen

Veiligheidsregio Noord-Holland Noord

Naam Veiligheidsregio Noord-Holland Noord
Rechtsvorm Publiekrechtelijk; gemeenschappelijke regeling
 Vestigingsplaats Alkmaar
Doelstelling en openbaar belang De doelstelling van de Veiligheidsregio Noord-Holland Noord (VRNHN) is het verkleinen van risico’s en het beperken van leed en (gezondheids-)schade bij incidenten. De Veiligheidsregio bereikt dit door het bieden van adequate hulp en door intensief samen te werken met andere betrokken partijen.
Relatie met beleidsprogramma 1: Veiligheid op orde
Deelnemende partijen De gemeenten Alkmaar, Bergen, Castricum, Den Helder, Drechterland, Enkhuizen, Dijk en Waard, Heiloo, Hollands Kroon, Hoorn, Koggenland,  Medemblik, Opmeer, Schagen, Stede Broec en Texel
Bestuurlijk belang De burgemeester is lid van het algemeen bestuur
Bestuurlijk aandeel In de gemeenschappelijke regeling is opgenomen dat de stemverhouding gelijk is aan de (procentuele) bijdrage aan de begroting en dat het algemeen bestuur deze stemverhouding ieder jaar in de eerste vergadering (of de vergadering na een wijziging van de gemeenschappelijke regeling) formeel vaststelt. Voor Texel is het aantal stemmen in 2025 vastgesteld op vier (aldus 3,39% van het totaal aantal stemmen) 
Financieel belang

Totale begroting 2025 € 89.270.000
Bijdragen gemeenten € 54.222.854
Totale begroting 2026 € 94.415.000
Bijdragen gemeenten € 57.355.208

Bijdrage gemeente

Bijdrage 2024: € 1.673.470
Bijdrage 2025: € 1.819.080
Bijdrage 2026: € 1.907.109

Eigen Vermogen

2022: € 6.756.000
2023: € 5.333.000
2024: € 5.135.000

Vreemd vermogen 2022: € 41.948.000
2023: € 42.613.000
2024: € 48.362.000
Solvabiliteitsindex 2022: 13,9%
2023: 11,1%
2024: 10,0%
Financieel resultaat 2022:  € 798.000
2023:  € 850.000 negatief
2024:  € 207.000
Risico’s

In verband met Europese wet- en regelgeving is het noodzakelijk om differentiatie aan te brengen tussen vrijwilligers en beroepsmedewerkers van de brandweer, dat tegelijkertijd geen afbreuk doet aan het niveau en kwaliteit van de brandweerzorg.  Naar aanleiding daarvan zijn inmiddels diverse onderzoeken gedaan. Het laatste onderzoek vat samen dat het Nederlands stelsel van vrijwillige brandweer grotendeels kan worden gehandhaafd zonder taakdifferentiatie. Voorwaarde hiervoor is dat de rechtspositie van brandweer vrijwilligers expliciet wordt gebaseerd op het concept van vrijwilligheid en het contrast met beroepsbrandweer wordt verscherpt. Daarom moet verplichte beschikbaarheid voor vrijwilligers verdwijnen. Dit betekent onder meer dat er niet meer gewerkt kan worden met consignatie of kazernering. Dit spoor wordt nu verder concreet uitgewerkt, hetgeen een langdurig proces is. Financieel bestaat het risico dat een Europese rechter conclusies uit het onderzoek niet volgt, en alsnog een taakdifferentiatie moet worden geïmplementeerd. Dat kan leiden tot een mogelijke verplichting tot betaling minimumloon, pensioen en betaling bij ziekte.

 

Ontwikkelingen

Brandweer 
Op 15 maart 2024 werd het meerjarenontwikkelplan door het algemeen bestuur vastgesteld, een belangrijke mijlpaal in de versterking van de brandweerorganisatie. In dit plan is de nadrukkelijke vraag opgenomen om structureel extra middelen beschikbaar te stellen die gericht zijn op het versterken van de paraatheid en de vakbekwaamheid van de brandweermedewerkers, waarbij de fijnmazigheid is geborgd. Daarnaast wordt beoogd om te investeren in noodzakelijke modernisering, zodat in kan worden gespeeld op de veranderende eisen en uitdagingen binnen de brandweerzorg. 
In de Kadernota 2025 werd daarom verzocht om de eerste tranche van deze middelen beschikbaar te stellen via het programma ‘Versterking Brandweerzorg. Dit programma is gestoeld op vier strategische pijlers die als leidraad dienen voor de komende jaren: 
 - Versterken van de vrijwilligheid 
 - Versterken van de paraatheid 
 - Versterken van de vakbekwaamheid 
 - Moderniseren voor een effectieve brandweerzorg en veilig optreden. 


Crisisbeheersing 
De veiligheid en vrijheid in Nederland is kwetsbaarder dan voorgaande jaren. Spanningen tussen landen zijn toegenomen. Nederland wordt regelmatig bedreigd door cyberaanvallen en spionage. De kans dat er een grootschalig incident komt, is groot. Dat kan heftige gevolgen hebben. Thema’s zoals militaire dreiging, het bijdragen aan een veerkrachtige en weerbare samenleving, langdurige uitval van elektriciteit en problemen rondom extreem weer zijn belangrijke onderwerpen geworden binnen het programma crisisbeheersing. Deze thema’s vragen niet alleen een andere voorbereiding en inzet van de veiligheidsregio, maar ook om een intensievere samenwerking met onze crisispartners.  
Naast de specifieke voorbereiding op de bovengenoemde thema’s heeft het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio de komende beleidsperiode vier opgaven voor crisisbeheersing onderschreven, te weten: 
 - de Veiligheidsregio is aanjager of regisseur in het crisisnetwerk 
 - de Veiligheidsregio ontwikkelt zich naar een flexibele en robuuste crisisorganisatie 
 - crisisbeheersing is informatiegestuurd 
 - bevolkingszorg is toekomstbestendig 


Zorg in de Veiligheidsregio 
Als we het over zorg in de veiligheidsregio hebben, dan gaat het om de organisatieonderdelen GHOR, ambulancezorg en het Zorg- en Veiligheidshuis. Die hebben alle drie hun eigen netwerken, specifieke verantwoordelijkheden en deskundigheid. 
Zoals bekend is er een groeiende kloof tussen de zorgvraag en het zorgaanbod in Nederland, en dit geldt ook voor de Veiligheidsregio. Door factoren zoals de toenemende vergrijzing, personeelstekorten en de betaalbaarheid van zorg, zal deze kloof waarschijnlijk alleen maar toenemen. Er wordt zelfs gesproken van een dreigende “zorgkloof.” Zorgorganisaties, overheden en verzekeraars hebben in de IZA-akkoorden en ROAZ-plannen de handen ineengeslagen om deze kloof te overbruggen. 
In lijn met de missie van de Veiligheidsregio, namelijk “leed en schade voorkomen en beperken,” en aansluitend op hun rol binnen het zorgdomein, neemt “Zorg in de Veiligheidsregio” mede de verantwoordelijkheid om bij te dragen aan oplossingen. Dit is gerechtvaardigd, omdat de groeiende druk op de acute zorg ook duidelijk voelbaar is in de dagelijkse praktijk (bijvoorbeeld op de meldkamer ambulance 112 en binnen de ambulancezorg). 
Het ROAZ-plan voor Noord-Holland Noord bevat een breed scala aan initiatieven van gezamenlijke zorgpartners in Noord-Holland Noord om deze druk te verlichten. Dankzij specifieke financiering door zorgverzekeraars kunnen deze initiatieven uitgevoerd worden. Gezien de positie van de Veiligheidsregio in de acute zorgketen ligt hun focus op initiatieven die de onterechte zorgvraag naar acute spoedzorg verminderen. 

 

 

GGD Hollands Noorden

Naam Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Hollands Noorden (GGD Hollands Noorden)
Rechtsvorm Publiekrechtelijk; gemeenschappelijke regeling (openbaar lichaam)
Vestigingsplaats Alkmaar

Doelstelling en openbaar belang

Doel van de samenwerking is het behartigen van belangen, die de schaal van de individuele gemeenten te boven gaan. GGD Hollands Noorden bewaakt, beschermt en bevordert de gezondheid en veiligheid van de inwoners van Noord Holland-Noord.
Gemeentelijk belang:
uitvoering inspectie kinderopvang, bescherming en bevordering van de gezondheid van onze inwoners, input gemeentelijk gezondheidsbeleid, uitvoering jeugdgezondheidszorg en preventie, monitoren gezondheid inwoners, vangnet openbare geestelijke gezondheidszorg, forensische geneeskunde, Wet verplichte GGZ.

 

Relatie met beleidsprogramma 6: Zorg voor elkaar,  1: veiligheid op orde en 4: toekomst voor de jeugd
Deelnemende partijen De gemeenten Alkmaar, Bergen, Castricum, Den Helder, Drechterland, Dijk en Waard, Enkhuizen, Heiloo, Hollands Kroon, Hoorn, Koggenland, Medemblik, Opmeer, Schagen, Stede Broec, Texel en Uitgeest.
Bestuurlijk belang De wethouder van o.a. Sociaal Domein/Zorg is gemeentelijk vertegenwoordiger in het algemeen bestuur van de GGD NH.
Bestuurlijk aandeel Ieder lid van het algemeen bestuur heeft een aantal stemmen afhankelijk van het aantal inwoners van de gemeente. De verdeelsleutel voor stemmen is: één stem per volle 10.000 inwoners per gemeente. Het totaal aantal stemmen is 75. Hiervan zijn twee stemmen voor Texel. Ieder lid van het dagelijks bestuur heeft één stem
Financieel belang De totale lasten van GGD Hollands Noorden voor 2026 bedraagt: €  59.355.000
Bijdrage gemeente Texel

2023: € 677.226
2024: € 722.000
2025: € 750.158
2026: € 753.000

Eigen Vermogen

2022: - € 1.954.000
2023:   € 2.111.000
2024:   €  1.910.000

Vreemd Vermogen

2022:   € 25.057.000
2023:   € 23.835.000
2024:   € 28.055.000

Solvabiliteitsindex

2022:  -8,5%
2023:    8,1%
2024:    6,4%

Financieel resultaat

2022:  € 3.691.000 negatief
2023:  € 761.000
2024:  €   75.000

Risico’s

De omvang van de algemene reserve en de weerstandscapaciteit staan onder druk als gevolg van aanpassingen en kortingen in het gemeentefonds, dat zorgt voor bezuinigingsopgaven bij gemeenten. Bij GGD HN wordt de beschikbare weerstandscapaciteit gevormd door de algemene reserve. Rekening houdend met de kans van 75% en de impact van € 1.360.000 wordt het financiële risico voor 2026 ingeschat op € 1.020.000. De algemene reserve is ultimo 2026 begroot op € 448.000 en daarmee ontoereikend om alle begrotingsrisico’s in 2026 op te vangen. 

 

Ontwikkelingen

Vanaf 2026 worden gemeenten geconfronteerd met aanpassingen en kortingen in het gemeentefonds, dat zorg voor bezuinigingsopgaven bij gemeenten. In de begroting 2026 heeft de GGD HN een 5% bezuinigingsscenario verwerkt.

 

Omgevingsdienst Noord-Holland Noord

Naam Omgevingsdienst Noord Holland Noord
Rechtsvorm Publiekrechtelijk; gemeenschappelijke regeling
Vestigingsplaats Hoorn
Doelstelling en openbaar belang De gemeentelijke milieutaken uitvoeren op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH-taken) te verbeteren en een uniform karakter te geven. Openbaar belang: een schone en veilige leefomgeving
Relatie met beleidsprogramma

1: Veiligheid op orde
7: Volksgezondheid, duurzaam en schoon

Deelnemende partijen De gemeenten Alkmaar, Drechterland, Dijk en Waard, Hollands Kroon, Medemblik, Stede Broec, Bergen, Enkhuizen, Hoorn, Opmeer, Castricum, Koggenland, Den Helder, Heiloo, Schagen, Texel en de Provincie Noord-Holland
Bestuurlijk belang De wethouder van o.a. milieu is gemeentelijk vertegenwoordiger in het algemeen bestuur van de Omgevingsdienst Noord-Holland Noord
Bestuurlijk aandeel

De stemverhouding is op basis van inwoneraantal en financiën
Texel heeft 2 van de 100 stemmen

Financieel belang

 

Lumpsum bijdrage deelnemende gemeenten en provincie  2025:  € 25.825.000 waarvan    
€ 656.000 voor de gemeente Texel.
Lumpsum bijdrage deelnemende gemeenten en provincie  2026:  € 29.502.000 waarvan    
€ 677.000 voor de gemeente Texel

 

Bijdrage gemeente

2024: €    631.000
2025: €    656.000  
2026: €    677.000

Eigen vermogen

2022: €  4.841.181
2023: €  4.188.000
2024: €  3.566.000

Vreemd vermogen

2022: €  5.481.406
2023: €  5.814.000
2024: €  6.534.000

Solvabiliteitsindex

2022: 46,9%
2023: 41,8%
2024: 34,5%

Financieel resultaat

2022: € 1.110.040
2023: € 1.742.000
2024: € 1.690.000

Risico’s

1. Verminderen van de omvang van de stelpost onvoorziene kosten tot €1.000,- vanaf 2026 (maatregel 1 uit de bezuinigingsscenario’s). Risico dat eventuele hogere onvoorzien kosten niet binnen de begroting gedragen kunnen worden en een direct beroep zal worden gedaan op de deelnemers (risicodragers).   
2. Datalek van geregistreerde gegevens 
De maximale boete kan 4% van de jaaromzet bedragen 
3. Aanbestedingsrisico’s 
De komende periode zijn er diverse Europese aanbestedingen, bijvoorbeeld voor aflopende ICT-contracten. Aanbesteden biedt in beginsel optimale mogelijkheden om de beste prijs-kwaliteitverhouding te behalen. Het opnieuw aanbesteden neemt echter ook financiële risico’s met zich mee. 
4. Projecten ten laste van het rekeningresultaat
In de Financiële Uitgangspunten Gemeenschappelijke Regelingen (FUGR) staat dat begrotingswijzigingen (tussentijdse vraag om extra financiële middelen) niet wenselijk zijn. In het project ‘Een sterker fundament’ is daardoor opgenomen dat de eventuele extra kosten in de exploitatie zullen worden verwerkt en invloed hebben op het rekeningresultaat 
6. Doorontwikkeling VTH-informatievoorziening. De huidige bestemmingsreserve Masterplan ICT is eind 2025 uitgeput. In het AB-besluit over de Kadernota 2026 is besloten om in 2026 geen extra middelen beschikbaar te stellen voor bedrijfsvoering.  Noodzakelijke investeringen om te kunnen voldoen aan nieuw taken en wetgeving worden uitgesteld, bijvoorbeeld op het gebied van informatiebeveiliging. Dit kan resulteren in een aanzienlijke een boete. 
7. Basistaken moeten in overleg met de deelnemers worden opgenomen in het uitvoeringsprogramma. Opname van plustaken in het uitvoeringsprogramma is niet verplicht. Door als deelnemer de plustaken zelf uit te voeren, kan een risico ontstaan in de robuustheid en kwaliteit binnen de OD NHN. Door tekort aan adviseurs bij de ODNHN op het gebied van natuuradvisering en stikstof is dit nog niet weggenomen. De gemeente heeft deze taken daarom neergelegd bij externe adviseurs. Hiermee worden oplopende wachttijden bij vergunningverlening voorkomen.
8. Het niet/onvoldoende investeren in (nieuwe) wetgeving. In de begroting voor 2026 worden geen extra middelen beschikbaar gesteld voor de uitvoering van de nieuwe wettelijke taak werkgebonden personen mobiliteit (WPM), zeer zorgwekkende stoffen (ZZS) en bodemenergiesystemen. Dit gaat ten koste van de geloofwaardigheid van de overheid en het halen van klimaatdoelstellingen (WPM). Ook leidt dit tot oplopende kennisachterstand en wachttijden (bodemenergiesystemen) en gezondheidsrisico’s (ZZS).

Ontwikkelingen

Ontwikkelingen    De ODNHN heeft een plan van aanpak opgesteld om te kunnen voldoen aan de robuustheidscriteria van het Rijk. 
In het AB besluit begroting 2026 is besloten om in de begroting voor 2026 de eerste tranche investeringen plan van aanpak robuustheid ad € 787k op te nemen (zie ook de Kadernota 2026). In de kadernota 2027 zal structureel de tweede tranche ad € 1.000k worden opgenomen. Daarbij overwegende dat de lasten 2026 deels kunnen worden gecompenseerd door de naar verwachting te ontvangen eenmalige subsidie robuustheid ad €245k en de uit de resultaatbestemming 2024 te vormen bestemmingsreserve robuustheid van 
€ 1.000k.
Het DB zet in op het uitvoeren van een efficiencyonderzoek. Dit kan leiden tot voorstellen om de investeringen in robuustheid deels structureel te kunnen dekken. 
In de vastgestelde begroting 2026 OD NHN is een bezuiniging opgenomen van € 90k (1,2 en 4 uit de bezuinigingsscenario’s). De deelnemersbijdragen zullen naar rato worden verlaagd. Exacte verlaging deelnemersbijdrage Texel is nog niet bekend.  

 

 

Gemeenschappelijke regeling de Waddeneilanden

Naam De Waddeneilanden
Rechtsvorm Publiekrechtelijk; gemeenschappelijke regeling (openbaar lichaam)
Vestigingsplaats Harlingen
Doelstelling en openbaar belang

Het doel van de gemeenschappelijke regeling:

•    de behartiging van de gemeenschappelijke belangen van de vijf Nederlandse Waddeneilanden 
•    het versterken van de bestuurskracht van de afzonderlijke gemeenten door onomkeerbare, niet vrijblijvende en doelgerichte samenwerking met behoud van bestuurlijke  zelfstandigheid
•    het uitdragen van het standpunt van de deelnemende gemeenten richting andere betrokken overheden
•    overleg, coördinatie en afstemming ten aanzien van beleids- en beheeraspecten
•    samenwerking en ondersteuning aangaande uitvoeringszaken van deelnemende gemeenten die te kennen hebben gegeven bij deze deelactiviteit betrokken te willen zijn
•    het voorbereiden, vaststellen en uitvoeren van gemeenschappelijke beleidskaders voor zover de bevoegdheid hiertoe door de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten aan het openbaar lichaam is overgedragen

 

Relatie met beleidsprogramma

0: Voor en door bewoners
3: Mooi en gastvrij Texel/Texel werkt!
4: Toekomst voor de jeugd
8: Goed wonen

Deelnemende partijen De gemeenten Texel, Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog
Bestuurlijk belang

Vanuit het college maakt de burgemeester deel uit van het dagelijks bestuur
Het voltallige college maakt deel uit van het algemeen bestuur

Financieel belang

Begroting 2023: € 1.024.105
Begroting 2024: € 738.588
Begroting 2025: € 884.000
Begroting 2026: € 884.479

Bijdrage gemeente Texel

2023: € 181.961
2024: € 221.576 
2025: € 265.200
2026: € 265.344

Eigen Vermogen

€ 50.000

Vreemd Vermogen

n.v.t.

Solvabiliteitsindex

n.v.t.

Financieel resultaat

n.v.t.

Risico’s

De lasten van de gemeenschappelijke regeling worden in de komende jaren geheel gedekt door bijdragen van de deelnemende gemeenten. Wel kan het zo zijn dat bij een verder teruglopende financiering van de deelnemende gemeenten door de Rijksoverheid, de bijdragen van deze gemeenten aan de gemeenschappelijke regeling onder druk kunnen komen te staan, waardoor de activiteiten van de gemeenschappelijke regeling wellicht moeten worden ingeperkt.
In verband met de geldende regelgeving, is de GR eigen risicodrager voor wat betreft de in de CAO opgenomen bepalingen inzake werkloosheid. Een voorbeeld hiervan is de mogelijke afvloeiing van het team van de Regio Deal nadat het programma is beëindigt. Hieruit kunnen voor de GR aanzienlijke financiële verplichtingen ontstaan die door de deelnemende gemeenten moeten worden gedragen. Daarnaast kunnen bij uitval door ziekte risico’s ontstaan als voor de werkzaamheden externe vervanging moet worden ingehuurd.
De kantoorruimte wordt sinds begin december 2024 gehuurd van een particulier. Vooralsnog is uitgegaan van continuering van deze huurovereenkomst. Bij opzegging van de huurovereenkomst door een van beide partijen, kunnen financiële verplichtingen ontstaan in verband met het afkopen van het huurcontract of in verband met de verhuizing naar een andere locatie.

Ontwikkelingen

Met inachtneming van het bovenstaande zien we voor 2026 de volgende trends:
1. De Regio Deal zal in 2026 meer en meer in een uitvoeringsfase komen in nauwe samenwerking met de eilanden en sociaal- economische partners. We verzilveren onze plannen.
2. Evenals voorgaande jaren zien we een toenemende vraag naar bestuurlijke en ambtelijke coördinatie in de Gemeenschappelijke Regeling (GR)doordat er steeds meer inbreng wordt gevraagd van de Regio Waddeneilanden als geheel op het gebied van ruimte, water, bereikbaarheid, natuur, economie, welzijn en gezondheid.
3. De GR heeft de laatste jaren goede resultaten geboekt (Regio Deal, versnellingsgelden wonen, toepassen Waddentoets, invloed in de Waddengovernance, doorontwikkeling dienstverleningsovereenkomsten). Dit effect is merkbaar in onze samenwerking. We zullen in 2026 het gesprek over de doorontwikkeling van de samenwerking voortzetten en tot een gezamenlijke gedeelde koers voor de komende jaren komen. Daar hoort ook het gesprek bij over het verkenning naar meer bundeling van expertise middels Dienstverleningsovereenkomsten (DVO’s)
4. Ook in 2026 zullen we moeten werken aan meer bestuurlijke en ambtelijke samenwerking met en tussen de provincies en het Rijk. Het Waddengebied verbindt ons. We streven naar heldere aanspreekpunten bij deze bestuurslagen en naar meer partnerschap om onze bestuurskracht te versterken.

 

Gemeenschappelijke regeling Regionaal Historisch Centrum Alkmaar

Naam Gemeenschappelijke Regeling Regionaal Historisch Centrum Alkmaar
Rechtsvorm Publiekrechtelijk; gemeenschappelijke regeling
Vestigingsplaats Alkmaar
Doelstelling en openbaar belang Het Regionaal Archief Alkmaar is een publieksgerichte erfgoedinstelling die het voor mensen mogelijk, makkelijk en aantrekkelijk maakt om de geschiedenis van Alkmaar, Bergen, Castricum, Den Helder, Dijk en Waard, Heiloo, Hollands Kroon, Schagen en Texel te leren kennen. Voor de aangesloten overheidsorganisaties is het Regionaal Archief een deskundige partner die volgens zijn wettelijke opdracht informatie langdurig betrouwbaar en toegankelijk houdt omwille van bedrijfsvoering, bewijsvoering, onderzoek en democratische controle
Relatie met beleidsprogramma 0: Voor en door bewoners
Deelnemende partijen De gemeentes Alkmaar, Bergen, Castricum, Den Helder, Dijk en waard, Heiloo,
Hollands Kroon, Schagen en Texel
Bestuurlijk belang De burgemeester heeft namens Texel zitting in het algemeen bestuur
Bestuurlijk aandeel 2 stemmen van de in totaal 50
Financieel belang

Omvang totale begroting 2024: € 3.219.884
Omvang totale begroting 2025: € 3.362.731
Omvang totale begroting 2026: € 3.538.930

Bijdrage gemeente Texel

2024: € 74.996
2025: € 77.175 
2026: € 80.018

Eigen Vermogen

2022: € 391.648
2023: € 354.946
2024: € 395.761 

Vreemd Vermogen

2022: € 940.914
2023: € 1.071.457
2024: € 1.228.381

 Solvabiliteitsindex

2021: 29,4%
2022: 24,9%
2023: 24,4 %

 Financieel resultaat

2022: €  117.977 
2023:  € 36.703 negatief
2024: € 40.815 

 Risico’s

Jaarlijks worden financiële risico’s ingeschat over de mogelijke omvang en de kans dat deze zich voor doen. Per risico wordt een bedrag berekend en wordt de benodigde weerstandscapaciteit berekend.
Risico’s (uit begroting 2026 RHCA)
Begin 2025 zijn de volgende risico’s te onderscheiden die effect kunnen hebben op de financiële huishouding van het Regionaal Historisch Centrum:
1. minder opbrengsten depotgebruik derden
Het risico dat de verhuur van archiefruimte vermindert is een continu aanwezig risico. De overeenkomsten betreffen voornamelijk langlopende contracten, dus de kans dat een van de partijen de overeenkomst opzegt, wordt laag ingeschat. Uitgaande van het maximaal wegvallen van € 50.000 en de lage kans hierop (25%), is een weerstandsvermogen op dit onderdeel van € 12.500 voldoende
2. hogere energiekosten
In 2025 wordt een renovatie en verduurzaming van de klimaatinstallatie uitgevoerd, die zal leiden tot een lager energieverbruik. De hierdoor verminderde energievraag en het gebruik van hernieuwbare energie (zonnepanelen, warmte-koude opslag) zou moeten leiden tot lagere kosten. 
Omdat kantoren en depot niet geheel energieneutraal zullen worden, zal er ook energie ingekocht moeten blijven worden. Dat er een positief effect zal zijn van de verduurzaming op de energiekosten is evident, hoe dat effect zich vertaalt in de kosten is uiteraard afhankelijk van de ontwikkeling van de energiemarkt. Op basis van de huidige energieprijs en de verwachte ontwikkelingen wordt een beperkt maar hoog risico ingeschat.

 

 Ontwikkelingen

 

Algemeen:
Net als in het voorgaande jaar, zullen conform het vigerende beleidsplan, twee thema’s extra aandacht krijgen: het duurzaam bewaren van de digitale overheidsinformatie in het e-depot en het vergroten van de digitale dienstverlening aan burger en aangesloten overheden. Het project E-depot verloopt volgens planning en het streven is op korte termijn alle bij de GR aangesloten overheden hierop aan te sluiten. Voor de digitale dienstverlening zullen bestaande producten (zoals digitaliseren op verzoek, het geschiedenislokaal, het E-loket bouwdossiers en het WOO-loket) verder ontwikkeld worden. 


Andere punten die in de begroting 2026 terug te vinden zijn, zijn onder meer het uitvoeren van de overige wettelijke taken: advies- en inspectietaak en beschikbaarstelling en beheer, zoals verwoord in de Archiefwet 1995. Ook het digitaliseringsbeleid, waarmee meer bronnen gedigitaliseerd worden en via internet beschikbaar worden gesteld aan de burger zal aandacht blijven krijgen, evenals het via de website, social media, educatie en andere activiteiten en publicaties de regionale geschiedenis en de eigen collectie onder de aandacht van het brede publiek brengen.


Speerpunten komende jaren:
Rekening houdend met de kernwaarden ‘betrouwbaar, voor iedereen en maatschappijbewust’ stelt het RHCA voor de komende jaren de volgende punten centraal: 
    - duurzame digitale toegankelijkheid: 
    het verder ontwikkelen als Kenniscentrum duurzame toegankelijkheid, met name voor de deelnemers aan de gemeenschappelijke regeling (e-loket bouwvergunningen, Woo-loket, advisering); 
    het ontwikkelen als regionale kennispartner, onder meer door het ondersteunen van historische verenigingen en lokale musea door het aanbieden van een collectiebeheeromgeving en adviseren op het gebied van beheer en behoud van zowel analoge als digitale informatie en objecten; 
    - voor iedereen: 
    verder ontwikkelen van de digitale dienstverlening, onder meer door betere en integralere zoekmogelijkheden in de archieven en collecties met behulp van nieuwe technieken als linked open data en het uitbreiden van scannen op verzoek; 
    collecties relevanter en interessanter maken voor zoveel mogelijk gemeenschappen in het werkgebied door meer spreiding in regio, leeftijd, gender, migratieachtergrond en religie; 
    - milieubewust: 
    zowel de digitale (‘Green-IT’) en analoge archieven (klimaatbeheersing in het depot) slimmer en groener beheren; 
    - historisch geweten: 
    faciliteren en participeren in historisch onderzoek naar voor het werkgebied relevante kwesties (zoals bijvoorbeeld het recente onderzoek naar Joods vastgoed in de regio, nieuwe visies op het beleg van Alkmaar en de regio en het slavernijverleden van Alkmaar). 

 

 

Regionale archeologie West-Friesland

Naam GR Archeologie West-Friese gemeenten
Rechtsvorm Publiekrechtelijk; gemeenschappelijke regeling
Vestigingsplaats Gemeente Hoorn
Doelstelling en openbaar belang

Ondersteunen en adviseren op het gebied van archeologie

De gemeenschappelijke regeling wordt ingesteld vanwege de regionale samenhang van archeologische structuren en om archeologisch beleid, en indien nodig uitvoerende werkzaamheden, gezamenlijk gestalte te geven. Hierbij zullen de dienst afnemende gemeenten gebruikmaken van de adviezen van Archeologie West-Friesland. Daarnaast zullen vondstmeldingen worden aangenomen, grondwerkzaamheden worden verricht en erfgoedvoorlichting/educatie worden uitgevoerd. 

 

Relatie met beleidsprogramma 5: Samen beleven en bewegen
Deelnemende partijen Gemeenten Drechterland, Enkhuizen, Hoorn, Hollands Kroon, Koggeland, Medemblik, Opmeer, Stede Broec, Schagen en Texel
Bestuurlijk belang De wethouder met portefeuille archeologie en de wethouder met portefeuille onderwaterarcheologie
Bestuurlijk aandeel n.v.t.
Bijdrage gemeente

2023: € 95.000
2024: € 95.000
2025: € 107.750 

Eigen Vermogen

2022: 0
2023: 0
2024: 0

Vreemd Vermogen

2022: 0
2023: 0
2024: 0

Solvabiliteitsindex

2022: 0
2023: 0
2024: 0

Financieel resultaat

2022: 0
2023: 0
2024: 0

Risico’s

Te kort aan personeel bij Archeologie West-Friesland/Gemeente Hoorn om alle beloofde producten en diensten te ontwikkelen/leveren.  
Er is meer werk op vlak van archeologie dan verwacht op basis van de activiteiten in voorgaande jaren. 

Ontwikkelingen

 Hollands Kroon gaat de procedure in om tot de GR toe te treden. In 2025 wordt de toetreding geformaliseerd. 
De archeologische beleidskaart werd in de raad van september 2024 vastgesteld. Het college heeft in Q2 2025 de cultuurhistorische elementenkaart vastgesteld. Deze zou eerst als kaartlaag in de beleidskaart zijn opgenomen.
De motie ‘red ons maritieme erfgoed’ werd met ondersteuning van Archeologie West-Friesland uitgevoerd. Samen met gemeenten Den Helder en Hollands Kroon werd een brief naar de nieuwe minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap gestuurd. Ook werd de samenwerking hierbij geïntensiveerd. De gemeentes hebben toegezegd de samenwerking nog meer te zoeken. De Rijksdienst Cultureel Erfgoed neemt hierbij een trekkende rol.

 

Centrumregeling samenwerking Vlieland, Ameland, Schiermonnikoog, Terschelling, Texel en Leeuwarden

Naam Centrum Gemeente Regeling VAST-Leeuwarden
Rechtsvorm Publiekrechtelijk; enkelvoudige centrumregeling
Vestigingsplaats Leeuwarden
Doelstelling en openbaar belang Het tot stand brengen van voorzieningen, ter ondersteuning van de uitvoering van de aan de gemeentelijke bestuursorganen opgedragen taken
Relatie met beleidsprogramma 1: Veiligheid op orde
Deelnemende partijen Vlieland, Ameland, Schiermonnikoog, Terschelling, Texel en Leeuwarden 
Bestuurlijk belang -
Bestuurlijk aandeel -
Financieel belang n.v.t. 
Bijdrage gemeente n.v.t. 
Eigen Vermogen n.v.t. 
Vreemd vermogen n.v.t. 
Solvabiliteitsindex n.v.t. 
Financieel resultaat n.v.t. 
Risico’s n.v.t. 
Ontwikkelingen n.v.t. 

 

Overzicht privaatrechtelijk verbonden partijen

NV Huisvuilcentrale

Naam NV Huisvuilcentrale (HVC)
Rechtsvorm Privaatrechtelijk; naamloze vennootschap
Vestigingsplaats Alkmaar
Doelstelling en openbaar belang

NV HVC  helpt gemeenten en waterschappen hun doelstellingen op het gebied van duurzame energie en hergebruik te behalen, waarbij ze maximaal bijdragen aan de reductie van broeikasgasemissies zoals CO2. De activiteiten van de groep bestaan uit: afvalinzameling, sortering, recycling en compostering, verwerking van afval en de daarmee verbonden opwekking en afzet van elektriciteit, warmte en opwerking van reststoffen tot nuttige toepasbare restproducten, advisering van haar aandeelhouders over duurzame energie, ontwikkeling en beheer van duurzame energieproductie Sinds de oprichting in 1991 helpt de HVC de aangesloten gemeenten en waterschappen duurzamer te worden. Dat doen ze door gemeenten en waterschappen te ondersteunen bij de overgang naar ‘aardgasvrij’, en het verminderen van de hoeveelheid restafval. Het gezamenlijke doel: een schone wereld.

 

Relatie met beleidsprogramma 7: Volksgezondheid, schoon en innovatief
Deelnemende partijen HVC is een publiek energie- en afvalbedrijf van 52 gemeenten en 8 waterschappen.  
Bestuurlijk belang De wethouder die verantwoordelijk is voor milieu vertegenwoordigt de gemeente Texel bij de aandeelhoudersvergaderingen
Bestuurlijk aandeel

De gemeente Texel bezit 24 van de in totaal 5425 aandelen (ca. 0,4%). Texel heeft aandelen A. Het maatschappelijk kapitaal bedraagt € 273.836,25 verdeeld in 5.000 gewone aandelen A van elk € 45,45, 400 gewone aandelen B, van elk € 45,45 en 25 gewone aandelen C, van elk € 45,45. De stemverhouding is naar rato (één stem per aandeel)

Financieel belang

Garantstellingprovisie ’23 Gemeente Texel € 36.627 

Bijdrage gemeente Geen aparte bijdrage. 
Eigen vermogen

2022: € 196.243.000
2023: € 231.154.000
2024: € 255.574.000

Vreemd vermogen

2022: € 618.826.000
2023: € 669.737.000
2024: € 646.857.000

Solvabiliteitsindex

2022: 24,1%
2023: 25,6%
2024: 27,6%

Financieel resultaat

2022: € 28.139.000 (na belastingen)
2023: € 34.897.000 (na belastingen)
2024: € 24.418.000 (na belastingen)

Risico’s

Onafhankelijk accountantsonderzoek naar NV HVC (de vennootschap) geeft getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van de vennootschap en de groep
Alkmaar. De jaarrekening omvat de geconsolideerde jaarrekening van de groep en de vennootschappelijke jaarrekening.
De jaarrekening bestaat uit:
•    Geconsolideerde balans per 31 december 2024
•    Geconsolideerde winst- en verliesrekening over 2024
•    Geconsolideerd overzicht van kasstromen over 2024
•    Toelichting op de geconsolideerde balans en winst- en verliesrekening
•    Toelichting op de geconsolideerde balans
•    Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen
•    Toelichting op de winst- en verliesrekening
•    Vennootschappelijk balans per 31 december 2024
•    Vennootschappelijke winst- en verliesrekening over 2024
•    Toelichting op de vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening

 

Ontwikkelingen

Winst- en verliesrekening; De bedrijfsopbrengsten zijn stabiel ten opzichte van 2023, maar de bedrijfskosten zijn hoger. Dit komt vooral door een toename van externe verwerkings- en transportkosten vanwege de toegenomen verwerkingsportefeuille. 
Balans – activa; De materiële vaste activa stijgen door uitbreidingsinvesteringen zoals de bouw van de slibdrooginstallatie in Alkmaar, warmtebonnen in Westland, warmtenetten, zonparken en diverse inzamelprojecten en door reguliere instandhoudingsinvesteringen. De financiële vaste activa stijgen door investeringen in het zonnepark Noordermeerdijk, het Warmte Netwerk Westland en door toenemend resultaat uit deelnemingen (PV NED, Trias Westland en Sortiva). Balans – passiva In 2025 wordt, op basis van de stand van de gegarandeerde leningen per eind 2024, 1% van de gegarandeerde leningen als garantstellingsprovisie uitgekeerd aan de aandeelhouders. In totaal gaat het om een bedrag van € 6,2 miljoen. Deze provisie wordt pro rata en in twee termijnen uitgekeerd.
Balansontwikkeling; De omvang en onderverdeling van de boekwaarde van de vaste activa in de periode 2013 – 2024 van de afvalenergiecentrales daalt, ook in relatieve zin. De boekwaarde van duurzame energie stijgt. Er is daarmee sprake van een toenemende diversifiëring van activiteiten, wat leidt tot matiging van risico’s. 
Energieprijzen; De ontwikkeling van de stroom- en gasprijzen volgen vanaf najaar 2023 een redelijk neutrale beweging. Wel is er een forse toename te zien van het aantal dagen met negatieve energieprijzen wanneer in Nederland het aanbod aan duurzame energie de vraag aan elektriciteit overstijgt. Deze kunnen afhankelijk van de duur ook van invloed zijn op de verkregen SDE subsidies.

 

 

VVV / Stichting Texel Promotie

Naam Stichting VVV Texel promotie
Rechtsvorm Privaatrechtelijke samenwerking: stichting
Vestigingsplaats Den Burg
Doelstelling en openbaar belang

 Het doel van de VVV is het stimuleren en managen van (kwalitatief) toeristisch bezoek aan het eiland, waarmee een groot algemeen economisch en maatschappelijk belang is gediend. Hiervoor voert de VVV intensief promotie en verschaft het informatie aan toeristen, verzamelt het toeristische kennis en wordt advies gedeeld met ondernemers.

Bij de statutenwijziging is in de hoofddoelstelling van de VVV expliciet verbinding gelegd met de leefomgevingskwaliteit. Deze is nu geworden: 
het actief bevorderen van een toekomstbestendige toeristische bedrijfstak die waarde toevoegt aan de Texelse samenleving en zoveel mogelijk in balans is met de leefomgeving. 

Aan de doelstellingen van de VVV zijn afspraken toegevoegd: 
- de strategische keuzes worden uitgevoerd in lijn met het Toeristisch toekomstplan Texel (goedgekeurd door de raad februari 2021) 
- extra focus op het stimuleren van niet-traditionele aankomst- en vertrekdagen voor spreiding van de mobiliteitsdruk in Den Helder en op Texel
- relevante en actuele parameters worden wekelijks gecommuniceerd middels een dashboard

Dit is een vorm van publiek-private samenwerking waarbij gekozen is om die via een stichting vorm te geven.

Relatie met beleidsprogramma 3: Mooi en gastvrij Texel/Texel werkt!
Deelnemende partijen TOP, TESO en Gemeente Texel
Bestuurlijk belang Wethouder van Economie, Toerisme, Onderwijs en Zorg
Bestuurlijk aandeel n.v.t.
Financieel belang TOP en gemeente betalen elk € 286.388,-, TESO draagt 50% bij van de bijdrage van TOP, € 143.194,- 
Bijdrage gemeente € 286.388,- per jaar voor promotie, inclusief voorlichting en informatie (met jaarlijkse indexering)
Eigen vermogen

2022  € 541.439
2023: € 563.391
2024:  € 547.007

Vreemd vermogen

2022  € 649.839
2023: € 561.308
2024:  € 456.734

Solvabiliteitsindex

2022  45 %
2023: 50 % 
2024:  54 %

Financieel resultaat

2022  €  9.444
2023: € 21.952
2024:  - € 16.384

Risico’s

Geen gemeentelijke risico’s

Ontwikkelingen

Ingezet wordt op versterking van het Texels product. De VVV houdt rekening met strategische keuzes vanuit het Toeristisch Toekomstplan Texel van gemeente Texel

 

    

Paragraaf Weerstandsvermogen

Weerstandsvermogen

Terug naar navigatie - Paragraaf Weerstandsvermogen - Weerstandsvermogen

Waar gaat het over?

Het weerstandsvermogen is het vermogen om incidentele (voornamelijk financiële) risico’s op te vangen, zonder dat het beleid of de uitvoering van de gemeente in gevaar komt. Het gaat dus om onverwachte niet-begrote kosten. Daarnaast is het weerstandsvermogen van belang voor het bepalen van de financiële gezondheid van de gemeente. Het weerstandsvermogen richt zich voornamelijk op het opvangen van de financiële risico’s.

 

Bestaand beleid

 

Beleidsdoelstelling

Een reëel benodigd weerstandsvermogen wordt bepaald door de ingeschatte financiële gevolgen van de benoemde risico’s af te zetten tegen de weerstandscapaciteit.

 

Risicomanagement

 

  1.  Aanleiding en achtergrond

Het risicomanagement is een blijvend punt van aandacht voor de organisatie. Naast de inventarisatie van de risico’s gaat het om de kwalificaties, bewustwording en beheersing van de risico’s. Zowel bij de programmarekening als bij de programmabegroting worden de belangrijkste risico’s voor de gemeente in kaart gebracht.

 

  1. Samenvattend beeld

Onderstaand een samenvatting van de risico-inventarisatie en de relatie met weerstandsvermogen en capaciteit:

Top 10 risico’s financieel vertaald €12.250.000
Op basis van kansberekening en risico-simulatie vertaalt dit zich in een benodigde weerstandscapaciteit van €    2.610.805
De beschikbare weerstandscapaciteit bedraagt € 10.923.055
Het ratio weerstandsvermogen bedraagt 4,18
En krijgt daarmee de kwalificatie uitstekend

 

Voor de uitwerking, berekening en kwalificatie van de normstelling is uitgegaan van het beleid zoals door de raad is vastgesteld in de ‘Nota risicomanagement en weerstandsvermogen’(2023). Deze nota wordt vierjaarlijks geëvalueerd.

 

Volgens afspraak met de gemeenteraad is onderstaand overzicht opgenomen waarbij uitgegaan is van de ondergrens van de algemene reserve zijnde € 2.000.000.

Beschikbare weerstandscapaciteit bij algemene reserve ondergrens € 2.000.000

Weerstand

Startcapaciteit in €

Onvoorzien

10.000

OZB

6.907.870

Rechten en leges

167.185

Stille reserves

1.838.000

Minimale Algemene reserve

2.000.000

Totale weerstandscapaciteit

10.923.055

 

Top 10 risico’s financieel vertaald  12.250.000
Op basis van kansberekening en risico-simulatie vertaalt dit zich in een benodigde weerstandscapaciteit van   2.610.805
De beschikbare weerstandscapaciteit bedraagt met een ondergrens van de algemene reserve van € 2.000.000 10.923.055
Het ratio weerstandsvermogen bedraagt 4,18
En krijgt daarmee de kwalificatie uitstekend
  1. Risicoprofiel

Om de risico’s van de gemeente Texel in kaart te brengen is een risicoprofiel opgesteld. Hierbij is gebruik gemaakt van het softwareprogramma NARIS® (NAR Risicomanagement Informatie Systeem) waarmee risico's systematisch in kaart kunnen worden gebracht en beoordeeld.

Uit de inventarisatie zijn in totaal 10 risico's in beeld gebracht. Op verzoek van de Auditcommissie zijn de risico’s niet meer opgenomen op volgorde van “ invloed”, maar op risiconummer. De reden hiervoor is dat op deze wijze de risico’s makkelijker in de jaren gevolgd kunnen worden.

 

Belangrijkste risico’s 

 

Tabel 1: Belangrijkste risico’s

Risico nr.

Risico

Gevolgen

Maatregelen/stand van zaken

Kans

Financieel gevolg in €

Invloed

R8

Budgetten sociaal domein ontoereikend door openeindfinanciering.

Financieel
De gemeente loopt een risico door openeindfinanciering en doordat we geen grip hebben op zowel de omvang als het tijdspad van de vraag naar ondersteuning binnen het sociaal domein.

Actieve monitoring budgetten sociaal domein Voor het hele sociaal domein geldt dat steeds meer wordt ingezet op de zogenaamde 'voorkant'. Dit is echter een ontwikkeling waarin de 'kost voor de baat uitgaat'. De effecten van de inzet zullen pas op langere termijn hun vruchten afwerpen.

50%

max. 750.000

23,48%

R29

  • Uitbreiding gemeentelijk belastinggebied
  • Afschaffen gemeentelijke toeristen- en forensenbelasting in combinatie met herijking gemeentefondsen en herverdeling Overig Eigen Middelen (OEM).

Financieel
Het grootste risico ontstaat wanneer de toeristenbelasting wordt gecorrigeerd,. Dan moet Texel ca. € 9 miljoen inleveren. Stel dat daarvan 25% via algemene uitkering terugkomt, is dat structureel een tegenvaller van ca. € 6,75 miljoen.

Texel trekt samen met andere toeristische nadeelgemeenten op om een dergelijke wijziging te voorkomen. 
Het onderzoek (Rijk, VNG ROB en Cebeon) is in 2024 afgerond en de resultaten zijn in 2025 openbaar gemaakt. Herijking van toeristenbelasting heeft niet de voorkeur van de minister, maar is wel geschikt. Er komt een vervolgonderzoek. De verwachting is dat de herverdeling niet eerder dan 2027 plaatsvindt.

10%

max. 6.750.000

21.29%

R78

Hoger ziekteverzuim en uitval dan prognose in begroting

Financieel - hogere kosten inhuur en eventuele herstelwerkzaamheden van niet tijdig uitgevoerde taken

 

70%

max. € 500.000

10.95%

R85

Uitval ICT systemen door ongewenste toegang tot systemen 

Financieel - , Imago -  

 Actief - De gemeente heeft een calamiteitenplan opgesteld voor dit risico. Het zal de nodige tijd en financiële inzet vragen als de toegang tot de systemen onmogelijk is gemaakt. 

30%

max. € 1.000.000

9.45%

R79

Het niet (tijdig) kunnen invullen van vacatures op nodig kennis- en kundeniveau

Financieel - Kennisverlies, kwetsbaarheid bestaand personeel (extra ondersteuning, handen tekort) plus opleidingskosten.

 

50%

max. € 500.000

7.83%

R82

Participatie onevenredige kostenstijging ten opzichte van Rijksbijdragen

Financieel - . Als gevolg hiervan zal het gat tussen middelen en lasten steeds groter worden.

 

75%

max. € 200.000

4,69%

R81

overschrijding open einde regeling WMO (maatschappelijke ondersteuning)

Financieel - Door openeind financiering loopt de gemeente een risico.

 

50%

max. € 250.000

3.92%

R17

Een deel van de wegen en bermen op Texel heeft te maken met bodemverontreiniging. De komende jaren blijft dit ook een reëel risico, vooral bij het aanleggen van graskeien van buitenwegen.

 

 

Financieel
De oplopende kosten voor bodemsanering zijn het gevolg van aangescherpte wet- en regelgeving en de toenemende noodzaak om verouderde wegen en bermen te renoveren. 
Jaarlijkse extra kosten verhoogd van €150.000 naar € 300.000, de kosten van sanering zijn hoger dan verwacht.

Milieu - Het betreft hier verontreiniging met asbest van wegfunderingen, verontreiniging met PAX, teerhoudend asfalt van oude asfalt wegen.

Met de aanpak van wegen brengen we het risico steeds beter in kaart en nemen we waar mogelijk sanering in de projecten mee.


25%

max. 300.000

3.38%

R76

Datalek Privacy AVG-schending/ WPG schending/ Telecommunicatiewet schending boete.

Financieel
Autoriteit Persoonsgegevens legt een boete op vanwege het niet voldoende uitvoeren van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG), Wet Politiegegevens (WPG),  Telecommunicatiewet en Uitvoeringswet Algemene Verordening Gegevensbescherming (UAVG).
Dit kan onder andere betrekking hebben op:

  • Datalekken;
  • Tijdige uitvoering en aanwezigheid van Data Protection Impact Assessments (DPIA);
  • Register van verwerkingen;
  • Rechten van betrokkenen;
  • Privacy by design/default:
  • Verwerking van Burgerservicenummer(BSN);
  • Cookie meldingen;
  • Geautomatiseerde besluitvorming.

Over het algemeen hanteert de gemeente voor de meeste zaken vaste procedures. Echter zijn er nog verbeteringen door te voeren aan de bewustwording waardoor soms datalekken niet (tijdig) worden herkend. Of niet duidelijk is dat een DPIA  noodzakelijk is voordat een gegevensverwerking gestart wordt. Voor de WPG  geldt dat gemeente Texel te laat een audit heeft laten uitvoeren waardoor een risico is ontstaan op een boete. Onze aanpak is nog niet afgestemd op de compliance eisen. Het is de verwachting dat dit eind 2025 gerealiseerd is.

10%

max. 1.000.000

3.12%

R77

Uitval ICT systemen door technische storing of anders

Financieel - , Imago -

De gemeente heeft een calamiteiten- en uitwijkplan opgesteld voor dit risico. Het zal de nodige tijd en financiële inzet vragen als de toegang tot de systemen onmogelijk is gemaakt.

10%

max. 1.000.000

3.12%

 

 

 

Totaal

 

12.250.000

 

 

Totaal grote risico's: € 12.250.000

Op basis van de ingevoerde risico's is een risicosimulatie uitgevoerd. De risicosimulatie wordt toegepast omdat het reserveren van het maximale bedrag (€ 12.250.000 - zie tabel 1) ongewenst is. De risico's zullen immers niet allemaal tegelijk en in hun maximale omvang optreden. De risicosimulatie geeft een betrouwbaarheid van 90%. Uit deze risicosimulatie volgt dan een bedrag van € 2.610.805 (benodigde weerstandscapaciteit), wat ruim voldoende is.

 

Fiscale risico’s

De fiscale risico’s zijn niet opgenomen in bovenstaand overzicht.

 

4. Beschikbare weerstandscapaciteit 

De beschikbare weerstandscapaciteit van gemeente Texel bestaat uit het geheel aan middelen dat de organisatie daadwerkelijk beschikbaar heeft om de risico's in financiële zin af te dekken.

 

Tabel 3: Beschikbare weerstandscapaciteit

Weerstand

Startcapaciteit in €

Onvoorzien

10.000

OZB

6.907.870

Rechten en leges

167.185

Stille reserves

1.838.000

Algemene reserve

7.359.143

Totale weerstandscapaciteit

16.282.198

 

5. Relatie benodigde en beschikbare weerstandscapaciteit 

Om te bepalen of het weerstandsvermogen toereikend is, dient de relatie te worden gelegd tussen de financieel gekwantificeerde risico's en de daarbij gewenste weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit. De relatie tussen beide componenten wordt in onderstaande figuur weergegeven.

 

Risico's:

Bedrijfsproces
Financieel
Imago / politiek
Informatie / strategie
Juridisch / Aansprakelijkheid
Letsel / Veiligheid
Materieel
Milieu
Personeel / Arbo
Product

 

Weerstandscapaciteit : 

Onvoorzien
OZB
Rechten en leges
Stille reserves
Algemene reserve

 

 

 

\/

 

\/

 

 

 

Weerstandvermogen

 

             

 

De benodigde weerstandscapaciteit die uit de risicosimulatie voortvloeit kan worden afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst van die berekening vormt het weerstandsvermogen.

 

Ratio weerstandsvermogen =

Beschikbare weerstandscapaciteit
________________________________

 =

€ 16.282.198

________________________________

= 6,24

Benodigde weerstandcapaciteit

€   2.610.805

 

De normtabel is ontwikkeld in samenwerking met de Universiteit Twente. Het biedt een waardering van het berekende ratio.

 

Tabel 4: Weerstandsnorm

Waarderingscijfer

Ratio

Betekenis

A

>2.0

uitstekend

B

1.4-2.0

ruim voldoende

C

1.0-1.4

voldoende

D

0.8-1.0

matig

E

0.6-0.8

onvoldoende

F

<0.6

ruim onvoldoende

Het ratio van de organisatie valt in klasse A. Dit duidt op een uitstekend weerstandsvermogen.

 

6. Verdere ontwikkelingen

In het eerste kwartaal van 2023 is de nota risicomanagement en weerstandsvermogen geëvalueerd en aangepast. Het risicomanagement is een blijvend punt van aandacht voor de organisatie. Het gaat naast het benoemen van risico’s ook om bewustwording en het beheersen van risico’s. Door een actueler beeld van mogelijke risico’s ben je in staat om tijdig hierop de beheersmaatregelen te nemen.

 

Berekening weerstandscapaciteit en toelichting

 

  • Weerstandscapaciteit exploitatie (structureel)

Bedragen in €

1) OZB

        (1)                      6.907.870

 

2) Rechten en leges

        (2)                           167.185

 

Totaal onbenutte belastingcapaciteit

                  

 

3) Onvoorzien

        (3)                             10 .000

 

Weerstandscapaciteit exploitatie

 

 7.085.055

 

  • Weerstandscapaciteit vermogen (incidenteel)

Bedragen in € 

4) Algemene reserve

        (4)                      7.359.143

 

5) Stille reserves

        (5)                      1.838.000

 

Weerstandscapaciteit vermogen

 

9.197.143

 

Totale Weerstandscapaciteit

 

10.923.055

 

Toelichting

 

  1. De waarde van de woningen en niet-woningen is ruim € 5,1 miljard. De belastingcapaciteit is berekend op ca. € 6.000.000.

 

Omschrijving

WOZ-waarde 2025
waardepeildatum
01/01/2025
Bedragen in €

Opbrengst OZB Texel
2026

Bedragen in €

% toelating art.12 gemeenten volgens coelo 2025

Opbrengst  toelating art. 12 gemeenten

Bedragen in €

Onbenutte belasting-capaciteit OZB

Bedragen in €

1) OZB woningen

4.370.696.031

1.454.757

0,1595%

6.971.260

5.516.503

2) OZB niet woningen

764.445.408

911.884

0,1595%

2.303.251

1.391.367

Totaal

 

5.135.141.440

2.366.641

 

9.274.511

6.907.870

 

  1. Het beleid is dat leges en rechten kostendekkend zijn. Echter de leges zijn op dit moment niet kostendekkend. Op basis van het kostendekkenheidspercentage van 2025  de heffingsruimte berekend op € 167.185(zie voor nadere toelichting paragraaf G lokale lasten). 

  2. Voor onvoorziene uitgaven is € 10.000 beschikbaar.

  3. Het saldo van de algemene reserve is na verplichtingen opgenomen in deze programmabegroting 2026 zijnde € 7.359.143.

De stille reserves zijn in de nota reserves en voorzieningen 2024 geactualiseerd en hebben betrekking op het woningcomplex, overige gebouwen, voorraad gemeentewerken en kunstbezit. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de  Nota reserves en voorzieningen 2024. Dit bedrag is onveranderd overgenomen uit deze nota.

Kengetallen: Beoordeling van de financiële positie:

Inleiding

Voor de beoordeling van de financiële positie is het belangrijk om zowel naar de exploitatie als naar de balans te kijken. Onderstaande kengetallen maken inzichtelijk hoe de gemeente er financieel voorstaat en in hoeverre de gemeente in staat is om structurele en incidentele lasten te kunnen opvangen. De kengetallen zijn uitgerekend op basis van de cijfers van de vastgestelde jaarrekening 2024 en de vermoedelijke uitkomsten van het lopende jaar en het begrotingsjaar.

 

Kengetallen Jaarrekening
2024

Begroting
2025

Begroting
2026

Begroting
2027

1. Netto schuldquote 57% 100% 113% 129%
2. Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen 52% 93% 106% 113%
3. Solvabiliteitsratio 35% 30% 25% 25%
4. Structurele exploitatieruimte 2% 3% 3% 1%
5. Grondexploitatie 2% 0% 0% 0%
6. Gemeentelijke belastingen (voor vergelijking andere gemeenten) 76% 83% 81% 81%

Toelichting

Algemeen

Elk afzonderlijk kengetal zegt weinig over de beoordeling van de financiële positie. De kengetallen moeten in samenhang worden bekeken. Onderstaand volgt een korte uitleg per kengetal, tenslotte wordt een algehele beoordeling van de kengetallen gegeven. Dit jaar is naast het cijfer van de programmarekening drie begrotingsjaren opgenomen ter vergelijking. 

 

Via deze link kengetallen kunt de u de kengetallen van de gemeente Texel vergelijken met andere gemeenten in Nederland.

 

1 en 2. Netto-schuldquote (en gecorrigeerde netto-schuldquote)
                Hoe hoger de schuld, hoe hoger de netto-schuldquote. De netto-schuldquote geeft het niveau van de schuldenlast van de gemeente en geeft een indicatie van de                     druk van de rentelasten en aflossingen.
                 De netto-schuldquote gaat stijgen  in de loop van der tijd. Bij een percentage van hoger dan 130 adviseert de VNG om de schuldenlast af te bouwen.  In de                                      begroting is meerjarig rekening gehouden met de rentelasten van de toenemende schuld.
 

3. Solvabiliteitsratio
 De solvabiliteitsratio drukt het eigen vermogen uit als percentage van het totale vermogen. Dit kengetal geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Hoe hoger de solvabiliteitsratio, hoe     groter de financiële weerbaarheid.  De richtlijn van de VNG  is dat deze ratio niet onder de 20% moet komen. 
 

  1. Structurele exploitatieruimte
    Dit kengetal geeft aan hoe groot de structurele ruimte is doordat wordt gekeken naar de structurele baten en structurele lasten, die vervolgens worden vergeleken met de totale baten. Een positief percentage betekent dat de structurele baten toereikend zijn om de structurele lasten (waaronder de rente en aflossing van de leningen) te dekken. De structurele exploitatieruimte is voor 2026 3%. In 2027 daalt deze ruimte naar 1%. Dit komt onder andere door de stelpost stille kapitaallasten waarmee vanaf 2027 rekening wordt gehouden.    

  2. Grondexploitatie
    Het kengetal grondexploitatie geeft de omvang van de boekwaarde van de grond ten opzichte van de totale geraamde baten van de gemeentelijke begroting weer.
    Bij de gemeente Texel is de omvang van de grondexploitatie gering. De lopende grondexploitaties hebben een lage boekwaarde. Daarnaast wordt er conform de richtlijnen van de BBV een voorziening getroffen indien een grondexploitatie negatief is.

  3. Omvang gemeentelijke belasting (in relatie tot andere gemeenten)
    Met dit kengetal wordt inzicht gegeven hoe de gemeentelijke belastingen van een gezin zijn ten opzichte van het landelijke gemiddelde.  Bij de berekening voor Texel is rekening gehouden met het gemiddelde OZB tarief en gemiddelde WOZ waarde van € 406.000 en  tarief afvalstoffen en rioolheffing. Uit deze berekening komt dat deze gemeentelijke belastingen ten opzichte van het landelijk gemiddelde 19% lager is.  

 

Beoordeling

  • De gemeente Texel is financieel gezond.
  • De netto-schuldquote blijft in 2025 en de daarop volgende jaren  binnen de 130% (advies VNG). 
  • De solvabiliteitsratio neemt af maar is nog ruim boven de minimaal nodig solvabiliteit van 20% en kan ruim aan alle verplichtingen voldoen.   
  • De gemeente blijft  een plus op de exploitatieruimte houden  waardoor ruimte is om tegenvallers op te vangen.  Het daaropvolgende jaar is dat minder maar blijft in de plus. 
  • De gemeente heeft op dit moment de volgende grondexploitaties;  Oosterend, Oudeschild, de Cocksdorp, Jan Drijverschool, Marsweg, Gezondheidsplein en De Kompas.  Het risico is klein omdat de nog lopende grondexploitaties geen hoge boekwaarden hebben en/of er een voorziening is getroffen.
  • Een gezin van Texel betaald per saldo minder belasting dan landelijk gemiddeld.  Dit komt door een laag OZB-tarief en een hogere belasting afvalstoffen en riool. Door het lage OZB-tarief is er potentiële belastingruimte om financiële tegenslagen op te kunnen vangen.   

Meerjarige balans (bedrag * € 1000)

Activa

1-1-2025

1-1-2026

1-1-2027

1-1-2028

1-1-2029

1-1-2030

Vaste activa

 

 

 

 

 

 

Materiële vaste activa

106.199 131.180 141.834 146.465 146.129 145.804

Financiële vaste activa

5.192 5.692 6.192 6.192 6.192 6.192

Vlottende activa

           

Voorraden

-1.686 -513 418 344 344 344

Uitzettingen

10.789 10.000 7.000 5.000 5.000 4.000

Liquide Middelen

3.504 340 260 295 285 0

Overlopende activa

13.520 8.893 6.518 5.107 6.113 4.544

Totaal generaal

137.518 155.592 162.222 163.403 164.063 160.884

Meerjarige balans (bedrag * € 1000)

Passiva

1-1-2025

1-1-2026

1-1-2027

1-1-2028

1-1-2029

1-1-2030

Vaste passiva

 

 

 

 

 

 

Eigen vermogen

48.750 48.574 40.690 40.452 40.257 40.257

Voorzieningen

13.515 13.436 12.110 10.211

9.971

9.971

Schulden langer dan 1 jaar

60.121 78.082 93.422 95.740 96.835 93.656

Vlottende passiva

           

Schulden korter dan 1 jaar *****

9.011 9.000 9.000 9.000 9.000 9.000

Overlopende passiva

6.121 6.500 7.000 8.000 8.000 8.000

Totaal generaal

137.518 155.592 162.222 163.403 164..063 160.884

 

Paragraaf Onderhoud openbare ruimte en gebouwen

Onderhoud Openbare Ruimte en Gebouwen

Terug naar navigatie - Paragraaf Onderhoud openbare ruimte en gebouwen - Onderhoud Openbare Ruimte en Gebouwen

Kapitaalgoederen Openbare Ruimte
Tot de kapitaalgoederen in de openbare ruimte rekenen we wegen, straten en pleinen, civiele kunstwerken, openbare verlichting, riool en water, het groen, maar ook de havens, sportaccommodaties, gebouwen en terreinen. Voor onderhoud van de kapitaalgoederen is er, verdeeld over alle programma’s, in totaal ruim € 12.000.000 budget beschikbaar gesteld. Het onderhoud bestaat uit dagelijks onderhoud, groot onderhoud, rehabilitatie en reconstructie. 

Het beheer van de openbare ruimte wordt uitgevoerd op kwaliteitsniveau B (op basis van de kwaliteitscatalogus van CROW) met een uitzondering voor centra en begraafplaatsen. Deze worden op niveau A uitgevoerd. Naast het reguliere onderhoud zijn investeringen in de openbare ruimte nodig om het vastgestelde niveau te kunnen blijven realiseren. De raad stelt beheerplannen vast voor de verschillende werkvelden.

Om onze middelen zo optimaal mogelijk in te zetten, monitoren we de staat van onderhoud en houden we schouwen samen met de dorpscommissies. Bij het maken van keuzes werken we zoveel mogelijk risico gestuurd. 
De afgelopen jaren is er vanwege flink gestegen kosten jaarlijks een indexatie van budgetten verwerkt. Ook voor 2026 wordt een indexatie voorgesteld. Zonder indexering moeten alle plannen bijgewerkt en opnieuw vastgesteld worden. 

Gegevensbeheer
Met het bijhouden van onze gegevens in een Geo Informatie Systeem (GIS) leggen we de basis voor de beheerplannen. Eind 2022 heeft de raad het nieuwe Programma Stedelijk Water en Riool (PSWR, voorheen Gemeentelijk RioleringsPlan) vastgesteld. Naast de recent vastgestelde beheerplannen voor Wegen, Groen, Gebouwen en Spelen, wordt najaar 2025 een nieuw beheerplan voor Straatmeubilair aangeboden aan de Raad. In 2026 hoeven er geen beheerplannen te worden geactualiseerd.

Bijhouden van het huidige areaal is meegenomen in de algemene middelen BOR en BGT-functie. De kosten hiervoor zijn onder de arealen verdeeld. Dit betreft met name de kosten voor het gebruik van huidige software. Er worden in 2026 geen grote wijzigingen verwacht.

Groen 
Het beleidsplan Groene Infrastructuur is in 2024 niet vastgesteld door de raad, maar de ambities en uitgangspunt zijn onderschreven. Daarmee is er geen uitgewerkt beleid, maar zijn de principes op basis waarvan het beheer kan worden vormgegeven wel bekend.

Bij de behandeling van het nieuwe beleidsplan is er ook een beheerplan behandeld, en is voor het groenbeheer structureel extra geld beschikbaar gesteld. Het beheer wordt in eerste instantie voortgezet op huidige voet. Tegelijkertijd wordt een verandering ingezet richting meer ecologisch en klimaatadaptief groen. In samenwerking met de regio worden de gevolgen van iepziekte op Texel bestreden en wordt een gezamenlijke aanpak in gang gezet. 

De uitgangspunten uit het concept Beleidsplan Groene Infrastructuur worden de komende jaren verder uitgewerkt.

Wegen 
Het nieuwe beheerplan Wegen werd in 2023 goedgekeurd door de raad. Het beheerplan heeft een doorlooptijd van vijf jaar, te weten van 2024 – 2028. In het beheerplan Wegen is een overzicht opgenomen met de voorgenomen reconstructies en rehabilitaties van wegen en fietspaden. In het oog springende projecten zijn de reconstructie van de Rozendijk en de Pontweg. Voor het onderhoud van het straatmeubilair is in 2025 een nieuw beheerplan ter goedkeuring aangeboden.

Opbrengsten mobiliteit
De opbrengsten van het betaald parkeren zijn de afgelopen jaren stabiel gebleven. In de programmabegroting 2025 zijn de verwachte opbrengsten verhoogd door een verhoging van de parkeertarieven. Deze verwachting wordt voor 2026 doorgezet.

Gebouwen en Civiele kunstwerken
In 2024 is het nieuwe beheerplan Gebouwen vastgesteld. Om grote financiële verschillen te voorkomen, wordt in de onderhoudsvoorziening gespaard met een 20-jarig gemiddelde, zodat in deze cycli altijd wordt gespaard voor het groot onderhoud. Bij het bepalen van de onderhoudsstaat hanteren we de landelijk NEN-norm 2767 voor gebouwen. Bij het vaststellen van de nota is uitgegaan van onderhoudsniveau 3 (redelijk tot goed) voor de instandhouding van het vastgoed. Onderhoud en beheer van de civiele kunstwerken vindt plaats volgens het door de gemeenteraad vastgestelde beheerplan.

Riolering 
Eind 2022 heeft de raad een nieuw beheerplan vastgesteld. Het Texelse Programma Stedelijk Water en Riool (PSWR) is een afgeleide van het riolering- en waterbeheer(s)plan, dat is opgesteld binnen de samenwerking van de Noordkop. De vervangingen lopen volgens de programmering. De langdurige extreem natte seizoenen in voorgaande jaren hebben laten zien dat het systeem robuust genoeg is om dit te verwerken. Daar waar knelpunten ontstonden in het gemeentelijke areaal zijn deze opgepakt en verholpen of opgenomen in de vervangingsplanning van de huidige planperiode.

Voor zowel areaal Riolering als areaal Water is een kostendekkingsplan beschreven in het Hoofdstuk ‘Financiële middelen’ van het Programma Stedelijk Water en Riool Texel 2023-2027. Hierin staat het volgende beschreven:
In het kostendekkingsplan maken we onderscheid in exploitatiekosten en investeringsuitgaven.
Bij de exploitatiekosten gaat het om jaarlijkse uitgaven voor beheer- en onderhoudsactiviteiten die nodig zijn voor een goed en doelmatig rioleringsbeheer. De kosten van deze uitgaven worden toegeschreven aan het boekjaar waarin deze worden uitgegeven. De kosten voor beheer en onderhoud worden jaarlijks hoger door algemene prijsstijgingen, stijgingen van de lonen, vergroting van het areaal en uitbreiding van werkzaamheden. 

Investeringsuitgaven bestaan uit vervangingsinvesteringen en verbeteringsinvesteringen. Investeringen zijn uitgaven voor zaken die meerdere jaren meegaan en worden in de regel geactiveerd. De jaarlijkse kosten die daaruit voortkomen, -de kapitaallasten- bestaan uit rente en afschrijvingen. De gemeente Texel kiest ervoor om vooraf te sparen voor investeringen, waarmee het ontstaan van nieuwe kapitaallasten zo goed als voorkomen wordt.

De rioolheffing is kostendekkend.  Aanvullend zorgt het reinigen van de straat voor verminderde vervuiling van de riolering in de dorpen. Om die reden wordt 60% van de totale kosten voor het straatreinigen toegerekend aan riolering. Verder vindt er een toerekening van kosten voor het onderhoud aan gemeentelijke watertaken aan de rioolheffing plaats.

Open Water
Het open water op Texel wordt onderhouden door particuliere eigenaren, de Gemeente en het hoogheemraadschap. Het hoogheemraadschap stelt de waterpeilen vast en heeft de verantwoordelijkheid voor het handhaven daarvan. Het belangrijkste werk voor de gemeente is het jaarlijks maaien en baggeren van watergangen. Dit onderhoud wordt deels uitgevoerd met eigen materiaal en personeel en voor een deel uitbesteed aan lokale aannemers. De hoeveelheid beschoeiing en kademuren in het gemeentelijk water is beperkt.

Hierboven bij Riolering is de financiële toelichting te lezen.

Haven
Op Texel zijn drie havens: de veerhaven (Rijkswaterstaat), de NIOZ-haven en de Haven Oudeschild. De gemeente heeft het beheer over de Haven Oudeschild, waarin wordt op onderdelen wordt samengewerkt met de NIOZ-haven.

In 2025 is groot onderhoud uitgevoerd aan de damwanden en remmingwerken van het Noordelijk havenhoofd. Dit is afgerond. Uitgaande van het meerjarenonderhoudsplan hebben we het ontwerp, de aanbesteding en uitvoering van het groot onderhoud aan de kades, van het noordelijk havenhoofd tot aan de loswal, in één keer gedaan. De gemeenteraad heef het principebesluit genomen te verzelfstandigen naar een havenbedrijf in de vorm van een gemeentelijke BV.  

Paragraaf Bedrijfsvoering

Bedrijfsvoering

Terug naar navigatie - Paragraaf Bedrijfsvoering - Bedrijfsvoering

Waar gaat het over?

Deze paragraaf gaat over ontwikkelingen in de gemeentelijke bedrijfsvoering.

Organisatieontwikkeling

Uitgangspunten

De samenleving verandert snel en dat vraagt om een wendbare, professionele gemeentelijke organisatie. Onder het thema Eilandkracht bouwt de gemeente verder op de ingezette koers. Onze visie, missie en kernwaarden (in beweging, in verbinding en in balans) vormen daarbij het uitgangspunt. We streven naar meer structuur, eigenaarschap en samenwerking binnen de organisatie, maar met behoud van korte lijnen en betrokkenheid.

Beleid in ontwikkeling 2026

  • In 2026 geven we prioriteit aan de implementatie van Eilandkracht.
  • We investeren in een vitale en toekomstbestendige organisatie waarin aandacht is voor talentontwikkeling, werkplezier en een veilige werkomgeving. 
  • Onze manier van werken sluit aan bij de behoeften van inwoners en speelt effectief in op maatschappelijke uitdagingen. 

Communicatiebeleid 

Uitgangspunten

Met de communicatievisie 2025–2029 als fundament blijven wij als  gemeente Texel ook in 2026 bouwen aan onze rol als toegankelijke, duidelijke en verbindende overheid. We hanteren daarbij drie centrale pijlers:
1) Onze deur staat altijd open

  • We blijven investeren in de balans tussen on- en offline communicatie. Het optimaliseren van texel.nl en sociale media gaan hand in hand met persoonlijk contact via bijvoorbeeld bijeenkomsten en inloopuren.
  • Informatie over projecten, besluitvorming en participatiemomenten wordt helder en tijdig gecommuniceerd, inclusief duidelijke terugkoppeling naar  inwoners.
  • Begrijpelijk taalgebruik en beeld stemmen we af op de doelgroep.  Hierbij is ook online aandacht voor meertaligheid van nieuwe bewoners.
  • Medewerkers krijgen letterlijk een gezicht. We maken de organisatie zichtbaar en dichtbij onder andere via sociale media.

2) Met elkaar in gesprek

  • De afronding van het eerste Texelse inwonersberaad heeft waardevolle inzichten opgeleverd. Deze evaluaties leveren input voor een toekomstig beraad binnen een geactualiseerd kader.
  • Participatie blijft een belangrijk aandachtspunt, ook bij werkzaamheden in de openbare ruimte. Dat gaat niet altijd zonder uitdagingen; goede afstemming, realistische verwachtingen en flexibiliteit in de uitvoering zijn daarbij essentieel.
  • Het platform Texel Spreekt is uit zijn slaapstand gehaald zodat we dit instrument weer actief kunnen inzetten en zo bijdragen aan transparante participatie.

3) Buiten winnen is binnen beginnen

  • Interne communicatie breiden we uit met structurele advisering over integrale communicatie en kennisdeling.
  • Het communicatiebewustzijn binnen de organisatie stimuleren we door  ondersteuning bij projecten en het uitvoeren van communicatiechecks.
  • We blijven investeren in arbeidsmarktcommunicatie en het zichtbaar maken van interne successen. We enthousiasmeren onze medewerkers om zich in te zetten als  ambassadeur van de gemeente Texel.

Beleid in ontwikkeling 2026

  • De evaluatie van het inwonersberaad levert niet alleen inzichten op, maar geeft ook richting voor het actualiseren van de kaderstellende notitie Texels Inwonersberaad. Bij toekomstige overwegingen over het organiseren van een inwonersberaad wordt hier rekening mee gehouden.
  • Het vervolg op de Texelse Aanpak Burgerparticipatie (TAB) bereiden we de komende periode voor. Daarbij staat de integratie met communicatiestrategie Factor C centraal, inclusief een helder protocol voor participatievormen zoals klankbordgroepen en adviestrajecten.
  • In 2025 is een verbeterslag gemaakt in de communicatie over werkzaamheden in de openbare ruimte. Deze lijn zetten we  door en scherpen we  ook in 2026 aan . Doel is om inwoners op tijd, duidelijk en transparant te informeren en – waar mogelijk – actief te betrekken.
  • Communicatie blijft met deze koers een strategisch instrument voor samenwerking met inwoners, partners en binnen de eigen organisatie. Zo bouwen we verder aan een open, toegankelijke en betrokken gemeente.

Dienstverlening

Uitgangspunten

  • We organiseren de dienstverlening vanuit het klantperspectief.
  • De gemeentewinkel is de eerste toegang voor alle klanten.
  • Digitale inclusie: iedereen moet online kunnen participeren.
  • Texelse maat blijft : digitaal waar het kan, persoonlijk via telefoon of balie waar nodig.

Beleid in ontwikkeling 2026

  • Verder ontwikkelen en verbeteren van de (digitale) dienstverlening waarbij we de inwoner en ondernemers centraal stellen of bevragen en meenemen in de ontwikkeling en verbetering.
  • Ontwikkelen van een digitale ‘MijnOmgeving’ (meerjarenplan richting één duidelijke ingang voor de inwoner) en aansluiting MijnOverheid realiseren.
  • Data is de basis voor de ontwikkeling van on- en offline dienstverlening
  • Zorgen dat de gemeentelijke website (inclusief gemeentelijke digitale producten zoals de formulieren)  toegankelijk is voor iedereen, inclusief laaggeletterden en inwoners die digitaal minder vaardig zijn.
  • Verder ontwikkelen van de adviesfunctie van de Gemeentewinkel richting de organisatie. De kennis over wat belangrijk is voor de inwoner vormt de basis.
  • Het website-team op orde brengen door een grotere bezetting. Deze uitbreiding is noodzakelijk om digitale dienstverlening te monitoren (data-gedreven werken), verder te ontwikkelen en om te voldoen aan de steeds strengere wetgeving.
  • Het opzetten van een ondernemersloket om de dienstverlening richting de ondernemers te verbeteren.

Financieel Beleid 

Kaders Programmabegroting 2026 en verder

  • Inhoudelijke kaders zijn de door de raad vastgestelde beleidskaders, opgenomen per programma.
  • Financiële kaders zijn de Gemeentewet, het besluit begroting en verantwoording (BBV) en de daaruit volgende financiële verordening van de gemeente Texel.
  • In het meerjarenperspectief is rekening gehouden met de geschatte prijsindexatie van het Centraal Planbureau en de cao-gerelateerde gevolgen voor gemeenten. De meicirculaire is opgenomen in deze begroting op basis van constante waarde.
  • De perspectiefnota 2026 die is vastgesteld door de raad.

Uitgangspunten 

  • Realistisch begroten en reduceren van budgetten die niet volledig worden benut.
  • De gemeentebegroting dient jaarlijks sluitend en overzichtelijk te worden aangeboden.
  • Structurele lasten dekken met structurele baten.
  • Overgebleven budgetten gaan terug naar algemene middelen.
  • Overheveling alleen als dit goed is gemotiveerd.
  • Bij voorkeur niet meer dan trendmatige verhogingen van de lokale lasten en heffingen.
  • Blijvende aandacht voor beïnvloedbaarheid van de kosten Gemeenschappelijke Regelingen (GGD, Omgevingsdienst NHN en Veiligheidsregio).

Beleid in ontwikkeling 2026  

  • Verbijzonderde interne controle (VIC). Het derde jaar dat het college een rechtmatigheidsverklaring afgeeft.  We evalueren de werkwijze over 2025 en verbeteren het proces.
  • Evaluatie van de bestuursopdracht Planning en Control en de P&C cyclus op basis van die evaluatie aanpassen.
  • Het doorvoeren van de wijzigingen in de financiële verordening en de budgethoudersregeling die in 2025 zijn gewijzigd.
  • Afronden van het onderzoek naar de stille lasten en deze resultaten verwerken in de meerjarenbegroting.

Onderzoek artikel 213a 

In de auditcommissie van september 2025 is input opgehaald over de mogelijke onderwerpen en de voortgang bespreken we met de auditcommissie. Het college informeert de gemeenteraad over het gekozen onderwerp.  
De uitkomsten van de onderzoeken naar de afvalstoffenheffing en het minimabeleid verwerken we in 2026. 

Rekenkameronderzoeken

Hier vindt u een overzicht van de aanbevelingen van de rekenkamercommissie en de stand van zaken. 

Rechtmatigheid

Rechtmatigheid betekent dat alles wat een gemeente doet, volgens de wet- en regelgeving gebeurt (ook wel compliance genoemd). Dit geldt voor allerlei activiteiten van de gemeente, zoals inkopen en aanbestedingen, het verstrekken van subsidies en het verstrekken van informatie. Vanaf de jaarrekening 2023 is het college van B&W verantwoordelijk om verantwoording af te leggen over de financiële rechtmatigheid. In de financiële verordening zijn hierover afspraken gemaakt met de gemeenteraad. Daarnaast controleert en beoordeelt de externe accountant jaarlijks de jaarrekening, inclusief de rechtmatigheidsverantwoording. De accountant controleert of de informatie in de jaarrekening klopt en betrouwbaar is (getrouw), maar geeft geen afzonderlijk oordeel meer over de rechtmatigheid. De rechtmatigheidsverklaring richt zich op de volgende drie criteria: 

•    Begrotingscriterium: Uitgaven moeten binnen de goedgekeurde begroting passen;
•    Voorwaardencriterium: De gemeente moet zich aan de regels houden;
•    Misbruik en Oneigenlijk Gebruik (M&O) criterium: Er moet adequaat worden gecontroleerd om misbruik van regelingen te voorkomen.

Het college van B&W legt verantwoording af en gebruikte termen als “fouten” en “onduidelijkheden” om aan te geven waar iets is misgegaan. Het college is verantwoordelijk voor een goed werkend systeem dat ervoor zorgt dat alle financiële handelingen volgens de wet gebeuren. De gemeenteraad bepaalt het normenkader en waar de controlegrenzen ligt. Deze grenzen geven aan wanneer er een geconstateerde fout of onrechtmatigheid zodanig ernstig is dat deze moet worden gerapporteerd of zelfs kan leiden tot een verklaring van onrechtmatig handelen. Het hanteren van deze grenzen zorgt voor een eenduidige werkwijze en helderheid in de beoordeling van afwijkingen. Een samenvattend overzicht van deze grenzen is weergegeven in onderstaande tabel. Het normenkader is als bijlage aan deze programmabegroting toegevoegd.

Tabel 1: Controlegrenzen 2025

Grens 2025 Toelichting
Verantwoordingsgrens 2% van de totale lasten exc. dotatie reserve (primaire begroting)
Goedkeuringstolerantie 2% van de totale lasten excl. dotatie reserve (primaire begroting)
Rapporteringsgrens Conform financiële verordening Texel 2023, Artikel 21k.[1]

Beleid in ontwikkeling 2026
•    We implementeren de nieuwe budgethoudersregeling wat resulteert in minder onrechtmatigheden.
•    We maken een inhaalslag met de onrechtmatige contracten door extra budget voor externe ondersteuning van inkoop en aanbesteding. 
•    We zetten in om de bedrijfsvoering beter in kaart te brengen en procesbeschrijvingen concreter vast te leggen (AO). Deze ontwikkeling start bij het sociaal domein.
•    We zetten ons in om de interne kennis en kunde van onze organisatie te verstevigen door middel van opleidingen en trainingen.

Interbestuurlijk toezicht 

De provincie Noord-Holland heeft een wettelijke taak op het houden van toezicht op gemeenten. Dit betreft een viertal risicodomeinen. Via deze link kunt u dit bekijken: interbestuurlijk toezicht

  1. Financiën
    Specifiek toezicht op de financiële positie van gemeenten en gemeenschappelijke regelingen.
  2. Informatiebeheer
    Toezicht op het informatie- en archiefbeheer.
  3. Huisvesting verblijfsgerechtigden
    Toezicht op tijdige huisvesting van verblijfsgerechtigden bij gemeenten.
  4. Omgevingsrecht
    Toezicht en handhaving met een focus op de onderdelen milieu, bouw- en woningtoezicht en ruimtelijke ordening.

Informatisering 

Uitgangspunten

  • Het informatiebeleidsplan 2023-2027 is de basis voor de verdere ontwikkeling van de ICT.
  • Op basis van de Digitale Agenda 2028 volgen we initiatieven voor verdere digitalisering en samenwerking. Om deze initiatieven te kunnen volgen is één FTE extra nodig voor zaak-/procesinrichting en formulieren-ontwikkeling. 
  • We zorgen voor een veilige omgang met gegevens (informatiebeveiliging) en voldoen aan privacywetgeving.
  • We houden rekening met digitale toegankelijkheid bij al onze digitale toepassingen.
  • We houden onze ICT-omgeving op orde en zorgen dat deze toekomstbestendig is.

Beleid in ontwikkeling 2026

  • Verder ontwikkelen van de digitale dienstverlening op basis van het geactualiseerde informatiebeleidsplan.
  • Uitvoeren beveiligingsmaatregelen uit wet- en regelgeving waaronder Baseline Informatiebeveiliging Overheid versie 2(BIO2), Nis 2, Wet modernisering elektronisch bestuurlijk verkeer, Suwinet, AVG, BRP en DigiD.
  • Moderniseren van de centrale ICT-omgeving om deze toekomstbestendig te houden.
  • Plaats- en tijdonafhankelijk werken verder ondersteunen door applicatielandschap te optimaliseren en ontwikkelingen te volgen zoals AI.

Juridisch kwaliteitsbeleid 

Uitgangspunten

  • We hanteren een informele aanpak om geschillen op te lossen.
  • In 2025 is besloten dat we opnieuw voor drie jaar doorgaan met de samenwerking met Hollands Kroon voor de behandeling van bezwaren. De samenwerking verloopt naar wens.
  • Om de procedure sneller en laagdrempelig te maken, handelen we bezwaren waar geen derde-belanghebbende(n) bij betrokken zijn af via ambtelijke raadpleging.
  • We houden onze verordeningen actueel en zorgen voor een helder werkproces.

Beleid in ontwikkeling 2026

  • Versterking van de informele aanpak door deze meer te structureren en verder in de organisatie te waarborgen. We gaan hierover in gesprek  met partijen om te kijken of er een andere oplossing mogelijk is dan de weg van bezwaar en beroep. Vanaf 2026 wordt dit bij elk bezwaar vastgelegd in het dossier.
  • Juridische kwaliteitszorg uitvoeren door aan te sluiten bij inwerktraject van nieuwe medewerkers. We streven naar een meer adviserende rol richting de andere teams, zodat vroegtijdig juridische risico's in beeld zijn.
  • Verdere implementatie van de Wet open overheid, door de continuering van de Woo- coördinator en het uitbreiden van actieve openbaarmaking van documenten via onze website.

Kwaliteitsbeleid 

Uitgangspunten

  • We werken zaakgericht en digitaal en blijven deze manier van werken verder ontwikkelen.
  • We verbeteren onze processen volgens de Lean-filosofie, waarbij klantwaarde centraal staat.
  • We leren door te doen en experimenteren met verbeteringen.
  • We evalueren de kwaliteit van dienstverlening en bedrijfsvoering en stellen onze processen bij.

Beleid in ontwikkeling 2026

  • Verbreden en doorgeven van kennis van Lean en continu verbeteren.
  • Ontwikkelen en toepassen van verschillende Lean-methoden (zoals waardenstroomanalyses, dag- en weekstarts en klantreizen).
  • Faciliteren en ondersteunen bij de verbetering en beschrijving van bedrijfsprocessen en ondersteuning van het managementteam (opstellen A3-jaarplan, INK-model).
  • Ondersteunen ontwikkelingen op gebied van AI.

Personeelsbeleid 

Om de uitdagende opgaven die Gemeente Texel voor zich ziet samen het hoofd te bieden, streven we naar balans, beweging en verbinding. Dit vraagt inspanning van HRM om (nieuwe) medewerkers in te zetten op posities waar hun kennis, ervaring en competenties tot hun recht komen. Om de dienstverlening van de gemeente in de huidige arbeidsmarkt verder te optimaliseren en om een aantrekkelijke werkgever te zijn en te blijven voor zowel nieuw als bestaand personeel,  zetten we in 2026 in op de volgende uitgangspunten en beleidsontwikkelingen: 

Uitgangspunten

  • Gemeente Texel is een verantwoordelijke en betrokken werkgever voor nieuw en bestaand personeel.  
  • We zijn een organisatie waarin medewerkers kunnen leren en ontwikkelen.
  • We nemen vanuit HRM tijdig maatregelen om duurzaam en toekomstgericht te kunnen werken. 

 Beleid in ontwikkeling 2026

  • In 2025 is een nieuw strategisch personeelsplan tot stand gekomen, waarvan de uitvoering  in 2026 van start gaat.
  • Actualisering en modernisering van HRM gerelateerde processen en procedures en de digitale ondersteuning hierbij.
  • Ontwikkelen van een traineebeleid en een Management Development Programma.
  • In 2025 is een Vitaliteitsbeleid opgesteld en een Preventief medisch onderzoek (PMO) uitgevoerd. Dit krijgt een samenhangende en structurele opvolging waarbij onder meer een medewerkerstevredenheidsonderzoek wordt uitgevoerd. 

Paragraaf Grondbeleid

Paragraaf grondbeleid

Terug naar navigatie - Paragraaf Grondbeleid - Paragraaf grondbeleid

Grondbeleid

In het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) staat dat de paragraaf grondbeleid moet ingaan op:
1.    Een visie op het grondbeleid in relatie tot de doelstellingen van de programma’s die zijn opgenomen in de begroting;
2.    Een aanduiding van de wijze waarop de gemeente het grondbeleid uitvoert;
3.    Een actuele prognose van de te verwachten resultaten van de totale grondexploitatie;
4.    Een onderbouwing van de geraamde winstneming;
5.    De beleidsuitgangspunten omtrent de reserves voor grondzaken in relatie tot de risico’s van de grondzaken.

Visie op en wijze van grondbeleid
De Omgevingswet verplicht de gemeente om haar ruimtelijk beleid vast te leggen in een omgevingsvisie. De gemeente is momenteel bezig met het opstellen van de omgevingsvisie. De gemeente Texel heeft in het verleden een actief grondbeleid gevoerd. Dit heeft tot een grondpositie geleid die voor de komende jaren de realisatie van nieuwbouwprojecten heeft veiliggesteld (uitvoering Actieplan Wonen). Uitgaande van de gemeentelijke visie op wonen, retail en bedrijventerreinen is de grondpositie van de gemeente voldoende groot om gewenste ontwikkelingen via actief grondbeleid mogelijk te maken. De Omgevingswet biedt voldoende ruimte voor een sterke gemeentelijke regierol in de ruimtelijke ontwikkeling, ook als de gemeente de bouwgrond niet zelf in eigendom heeft (facilitair grondbeleid). De wijze waarop de gemeente haar grondbeleid  uitvoert staat beschreven in de nota grondbeleid. Daarbij is gekozen voor situationeel grondbeleid, per project wordt gekeken of de gemeente een actieve of meer faciliterende rol oppakt.

Samenvatting te verwachten resultaat
De actualisatie van de grondexploitaties is samen te vatten in onderstaande tabel, welke in het onderstaande per onderdeel verder wordt toegelicht.

Bedragen x € 1.000

Overzicht actuele boekwaarde + vermoedelijk resultaat bij afsluiting grondexploitaties.
Grondexploitatie d.d. 01-07-2025 in vergelijking met grondexploitatie d.d. 01-01-2025

Grondexploitatie

Actuele boekwaarde saldo
01-07-2025

Jaar realisatie Verwachte eindwaarde
01-07-2025
Verwachte eindwaarde
01-01-2025
Boekwaarde saldo
31-12-2024
Oosterend -371 V 31-12-2026 318 N 635 N 74 N
Oudeschild -721 V 31-12-2025

45 N

55 N -848 V
De Cocksdorp -560 V 31-12-2026 131 N 102 N -504 V
Jan Drijverschool 11 N 31-12-2025 473 N 828 N 243 N
Marsweg -272 V 31-12-2025 1.535 N 1.541 N -866 V
Gezondheidsplein Den Burg Zuid 74 N 31-12-2027 219 N 219 N 74 N
De Kompas - 180 V 31-12-2025 -56 V -62 V -177 V
Totalen - 2.019 V       -2.004 V

 

Te verwachten resultaat
De gemeente Texel heeft per 1-7-2025 zeven lopende grondexploitaties. Het gaat hier om exploitaties  waarvoor de financiële kaders door de raad zijn vastgesteld (vaststellen van de grondexploitatiebegroting). Er is sprake van actief grondbeleid en dat betekent dat de gemeente risicodragend optreedt. Dat betreft onder andere het zelf aankopen van gronden, het bouw – en woonrijp maken en vervolgens uitgifte van bouwrijpe gronden. De gemeentelijke kosten worden gedekt door het uitgeven van bouwrijpe gronden en/of het instellen van een voorziening. 

In het volgende overzicht staan de zeven lopende grondexploitaties inclusief aanvankelijk beoogde einddatum en bijgestelde einddatum (zoals verwerkt in de geactualiseerde grondexploitatie op 1 juli 2025):

Bouwgrond in Exploitatie Peildatum 01-01-2025
Prognose einddatum
Peildatum 01-07-2025
Prognose einddatum
Oosterend 31-12-2026 Ongewijzigd
Oudeschild 31-12-2025 Ongewijzigd
De Cocksdorp 31-12-2026 Ongewijzigd
Jan Drijverschool 31-12-2025 Ongewijzigd
Marsweg 31-12-2025 Ongewijzigd
Gezondheidsplein Den Burg Zuid 31-12-2027 Ongewijzigd
De Kompas 31-12-2025 Ongewijzigd

In het onderstaande overzicht wordt het boekwaardeverloop in 2025 weergegeven:

Bedragen x € 1.000

Project Boekwaarde per 31-12-2024 Mutatie 2025 Regulier Boekwaarde per 01-07-2025
Oosterend 74 -445 -371
Oudeschild -848 127 -721
De Cocksdorp -504 -56 -560
Jan Drijverschool 243 -232 11
Marsweg -866 593 -272
Gezondheidsplein Den Burg Zuid 74 0 74
De Kompas -177 -2 -180
Totaal -2.004 -15 -2.019

Een negatief bedrag bij de boekwaarde betekent dat er per saldo meer is ontvangen dan uitgegeven. Een positief bedrag bij boekwaarde betekent dat er op 31 december van het betreffende jaar meer is uitgegeven dan ontvangen.

Uit het overzicht volgt dat voor de grondexploitaties de boekwaarde per saldo uitkomt op € 2.018.612 per 1 juli 2025.  

De grondexploitaties zijn geactualiseerd naar prijspeil 1 juli 2025 op basis van de meest recente inzichten. Een samenvatting van de resultaten is hieronder opgenomen:

Bedragen x € 1.000

Project Boekwaarde Nog te realiseren Kosten Nog te realiseren Opbrengsten Eindwaarde
Oosterend -371 1.241 -552 318 31-12-2026
Oudeschild -721 776 -10 45 31-12-2025
De Cocksdorp -560 1.070 -379 131 31-12-2026
Jan Drijverschool 11 461 0 473 31-12-2025
Marsweg -272 1.995 -188 1.535 31-12-2025
Gezondheidsplein Den Burg Zuid 74 689 -545 219 31-12-2027
De Kompas -180 126 -2 -56 31-12-2025
Totaal -2.019 6.358 -1.676    

Uit het overzicht volgt dat zes grondexploitaties een negatieve eindwaarde hebben. Volgens het BBV moet bij een verwacht verlies op eindwaarde een voorziening worden getroffen ter hoogte van het betreffende tekort. Het overzicht hieronder geeft het saldo voorraad gronden onderhanden werken per 1 juli 2025 weer:

Bedragen x € 1.000

Project Boekwaarde Voorziening Kapitaalbeslag gronden
Oosterend -371 318 -53
Oudeschild -721 45 -676
De Cocksdorp -560 131 -429
Jan Drijverschool 11 473 484
Marsweg -272 1.535 1.263
Gezondheidsplein Den Burg Zuid 74 219 293
De Kompas -180 0 -180
Totaal -2.019 2.721 702

Uit het overzicht volgt dat er voorzieningen zijn getroffen voor de onrendabele grondexploitaties. Het totaal saldo voorraad gronden onderhanden werken is daarmee  € 702.795.

 

Algemene toelichting lopende grondexploitaties
Na actualisatie van de grondexploitaties zijn de huidige verwachte eindwaardes vergeleken met die van de vastgestelde grondexploitaties. Dit is samengevat in onderstaande tabel:

Bedragen x € 1.000

Project EW 01-01-2025 EW 01-07-2025
Verschil (B-A)
Oosterend 635 318 -317
Oudeschild 55 45 -10
De Cocksdorp 102 131 29
Jan Drijverschool 828 473 -355
Marsweg 1.541 1.535 -6
Gezondheidsplein Den Burg Zuid 219 219 0
De Kompas -62 -56 6
Totaal 3.318 2.665 -653

 

Onderstaand worden de grondexploitaties nader toegelicht.

Grondexploitaties buitendorpen
Op zowel de locaties in Den Hoorn en Oudeschild loopt de bouw inmiddels voorspoedig. Alle gronden zijn inmiddels verkocht en geleverd. De werkzaamheden verlopen volgens planning en de verwachting is dat in 2025 het woonrijpmaken van de locaties wordt afgerond. De civiele kosten voor Oudeschild vallen wel iets hoger uit dan oorspronkelijk begroot. Dit is gecorrigeerd met de post onvoorzien. Voor Den Hoorn is er een rijksbijdrage ontvangen voor de versnelling van de woningbouw. Hierdoor verbeterd de eindwaarde van de grondexploitatie. De eindwaarde van de grondexploitatie Oudeschild blijft nagenoeg gelijk.

De locaties Oosterend en De Cocksdorp zijn in uitvoering. Oosterend is bouwrijp en de bouw is inmiddels gestart. In de Cocksdorp is het bouwrijp maken begonnen, ook hier is sinds kort gestart met de bouw. De verwachting is dat de woningen in Oosterend eind 2025 klaar zijn en de woningen in de Cocksdorp begin 2026. De grond voor de ontwikkelaar en Woontij is geleverd voor beide locaties. Tevens is er voor Oosterend een rijksbijdrage ontvangen voor versnelling woningbouw, wat resulteert in een verbetering van de eindwaarde. In de Cocksdorp stonden nog 4 (C)PO kavels beschikbaar. Inmiddels wordt rekening gehouden met iets kleinere en betaalbaardere 2^1 kapwoningen, die projectmatig gebouwd kunnen worden. Dit zorgt ervoor dat de grondwaarde lager uitvalt dan oorspronkelijk begroot. Een deel hiervan kon nog verrekend worden met de post onvoorzien, maar niet alles. Hierdoor verslechtert de eindwaarde van de Cocksdorp. Het woonrijpmaken zal eind 2025 beginnen en naar verwachting nog steeds in 2026 worden afgerond. 


Flexwoningen Marsweg
De grondexploitatie Flexwoningen Marsweg is halverwege 2022 opgesteld en eind 2022 vastgesteld. De planontwikkeling verloopt hier sneller dan bij de andere grondexploitaties om zo snel mogelijk aan de behoefte aan betaalbare woningen op Texel te voldoen. Om dit mogelijk te maken heeft de gemeente WBI-subsidie ontvangen. De werkzaamheden verlopen volgens planning.  Texelwende (Marsweg Zuid) is bijna klaar. De laatste zaken van het woonrijpmaken vinden op dit moment plaats. De kosten voor het bouw- en woonrijpmaken voor Texelwende (Marsweg Zuid) zijn wel hoger uitgevallen dan begroot en in mindering gebracht op de post onvoorzien. De realisatie van Marsweg Noord is in volle gang. Inmiddels zijn alle woningen ook al bewoond. Het woonrijpmaken van Marsweg Noord wordt naar verwachting in 2025 afgerond. Er zijn een aantal bovenwijkse voorzieningen komen te vervallen. Dit leidt tot een lichte verbetering van het resultaat van de grondexploitatie Flexwoningen Marsweg.

Gezondheidscluster  Den Burg Zuid
Met de initiatiefnemers van het Gezondheidsplein en de initiatiefnemers van het Gezondheidscentrum vinden ter tijden van het schrijven van deze rapportage gesprekken plaats over een gewijzigde opzet van beide projecten. De grondexploitatie is daarom nog ongewijzigd en zijn er vooralsnog geen verdere kosten gemaakt in 2025. De doorlooptijd en het resultaat zullen afhankelijk van de definitieve invulling veranderen. Zodra er meer zekerheid bestaat over de invulling van het project zal de grondexploitatie herzien worden. Wegens de verwachte wijzigingen is er ook geen risicoanalyse gedraaid.

De Kompasschool
De gronden voor de CPO kavels zijn inmiddels verkocht. De laatste werkzaamheden worden uitgevoerd. Er vallen een aantal project kosten iets hoger uit, mede door de langere looptijd. Dit zorgt voor een beperkte verslechtering van het resultaat.

Risico’s en kansen projecten
In de grondexploitaties zitten altijd onzekerheden, zowel kansen als risico’s. Hoe verder een project gevorderd is, des te kleiner de onzekerheden. Om de risico’s te (deels) af te kunnen dekken, heeft de gemeente Texel een weerstandsvermogen. Het weerstandsvermogen wordt tweemaal per jaar geactualiseerd, zowel bij de jaarrekening als bij de begroting en is te vinden in paragraaf B.

Paragraaf Financiering

Financiering

Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Financiering

Waar gaat het over?
De gemeente zorgt  ervoor dat uitkeringen, subsidies, rekeningen, salarissen enzovoort tijdig betaald worden.  Hiervoor zijn naast de inkomsten van het rijk  en de gemeentelijke belastingen regelmatig ook kort- en langlopende leningen nodig.  Ter voorkoming van financiële risico's bij dergelijke leningen zijn de wettelijke kaders van de kasgeldlimiet en renterisiconorm ondersteunend. Verderop in deze paragraaf lichten we dit toe. Daarnaast is  inzicht gegeven in de  financieringsbehoefte en de huidige en toekomstige leningenportefeuille, trends en ontwikkelingen, EMU-saldo en renteresultaat en toerekening daarvan.   

Beleid
Het wettelijk kader is vastgelegd in de Wet financiering decentralisatie overheden (Wet fido), Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet HOF), Gemeentewet en Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). Aanvullend  zijn de interne regels van het treasurystatuut van toepassing, die voornamelijk betrekking hebben op het beleid van lenen en verstrekken van leningen. 

De gemeente financiert zoveel mogelijk via interne financieringsmiddelen, zoals reserves en voorzieningen.  Er wordt pas geleend zodra deze middelen zijn aangewend. 


Betalingsverkeer/Schatkistbankieren
Decentrale overheden zijn verplicht het meerdere aan liquiditeit boven een voorgeschreven drempelbedrag in de schatkist bij het ministerie aan te houden. Het drempelbedrag voor 2026 is  bijna € 1.8 miljoen (2% van het begrotingstotaal bij aanvang van het jaar). 

Om te voorkomen dat teveel liquiditeit buiten de schatkist wordt aangehouden, heeft de gemeente met de huisbank BNG Bank een contract afgesloten. Daarin is opgenomen dat het maximale bedrag op de rekening-courant-rekening niet hoger mag zijn dan € 385.000. Dit betekent dat dagelijks alles boven dit bedrag automatisch wordt overgeboekt naar de schatkist en indien nodig, op ons verzoek, wordt teruggeboekt naar de BNG Bank. Voor het saldo bij de schatkist ontvangt de gemeente rente ter hoogte van de inleenrente waartegen de Staat kan financieren op de internationale financiële markten. 

 

Trends en ontwikkelingen
1.    Rente
De rente voor langlopende leningen ligt in 2025 tussen de 3 en 3,5%.  De rente kan naar verwachting verder stijgen, hoewel een daling of stabilisatie eveneens mogelijk is.  In het algemeen is de renteontwikkeling afhankelijk van de inflatie en de toepassing  van het beleid van de Europese Centrale Bank die voor economische stabiliteit moet zorgen. 

De gemeente Texel reserveert budget voor rente met nieuwe investeringsvoorstellen op basis van de renteprognose waarmee in de begroting voor dat jaar rekening is gehouden.  In de tussenrapportage en de voorbereiding op de programmabegroting wordt gekeken of deze gereserveerde middelen daadwerkelijk overeenkomen met de werkelijkheid: een overschot wordt ingeleverd en een eventueel tekort wordt aangevraagd. 

2.    Toenemende schuld
Lenen is nodig zolang geïnvesteerd wordt in bijvoorbeeld infrastructuur en bedrijfsmiddelen. Ook voor de verstrekking van leningen aan maatschappelijke verenigingen en inwoners voor o.a. starterwoningen, zonnepanelen, duurzaam, langer thuis en toekomstbestendig wonen, is lenen nodig.

De komende tijd wordt meer geleend dan afgelost en blijft de schuld toenemen.  Een toenemende schuld is van invloed op de schuldquote en solvabiliteit. Meer informatie hierover staat in de paragraaf weerstandsvermogen. 


3.    Achtervang
De gemeente werkt mee aan de financierbaarheid van sociale volkshuisvesting en neemt een achtervangfunctie in via het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) voor leningen die de Stichting Woontij aangaat.  Het financiële risico is verwaarloosbaar. 

Renterisico

De wetgever heeft twee instrumenten gedefinieerd om het renterisico te toetsen en te beheersen: de kasgeldlimiet en de renterisiconorm.

•    Kasgeldlimiet (renterisico vlottende schuld)
Deze limiet stelt de grens aan de omvang en duur om tijdelijke liquiditeitstekorten op te vangen. Gemeenten mogen slechts een beperkt deel van de begroting met kort geld financieren omdat langere vastlegging van leningen voor een voorspelbare rentelast zorgt. De bovengrens van de kasgeldlimiet is gesteld op 8,5% van de totale begroting bij aanvang van het jaar. 

De kasgeldlimiet van de gemeente is voor 2026 ca. € 7,5 miljoenDit betekend dat de gemiddelde omvang van de kortlopende schulden per kwartaal (peildatum eerste dag van iedere maand) met een looptijd van maximaal een jaar niet hoger mag zijn dan dit bedrag over meer dan twee kwartalen. Om dit te voorkomen, moet tijdig een langlopende lening worden aangetrokken of moet een kortlopende schuld worden omgezet in een langlopende schuld. 

•    Renterisiconorm (vaste schuld)
Gemeenten lopen risico’s als de rente van vaste schuld wordt aangepast door herfinanciering. Deze norm heeft dus betrekking op leningen met een looptijd langer dan een jaar en houdt in dat maximaal 20% van het begrotingstotaal bij aanvang van het jaar mag worden afgelost.

Het doel van deze norm is dat de leningenportefeuille met een gezonde spreiding van herfinanciering wordt opgebouwd, om te voorkomen dat door aflossingen en renteherzieningen grote schokken optreden in de omvang van de rente die de gemeente moet betalen.

In de volgende tabel is deze norm afgezet tegen de feitelijke situatie, op basis van de huidige leningenportefeuille en de verwachtingen. De gemeente Texel voldoet meerjarig aan deze norm.

    (bedragen x € 1.000)

  2026 2027 2028 2029
Begrotingstotaal  88.574 80.304 79.037 79.473
Percentage bij ministeriële regeling  17.715 16.061 15.807 15.895
Rente risiconorm percentage van begrotingstotaal) 20% 20% 20% 20%
Renterisico (aflossingen + renteherziening) 4.660 5.682 6.105 6.479
Ruimte over (rente risiconorm – renterisico) 13.055 10.379 9.702 9.416

 

Liquiditeitsplanning,  financieringsbehoefte en leningenportefeuille 

  (bedragen x € 1.000)

  2026 2027 2028 2029
Liquide middelen 340 260 295 285
Kasstroom  operationele activiteiten 7.660 7.525 7.840 7.840
Kasstroom Investeringsactiviteiten -21.780 -9.320 -5.325 -5.000
Saldo financieringen -5.960 -6.170 -9.525 -6.625
Consolidatie (leningen langer dan 1 jaar) 20.000 8.000 7.000 3.500
Totaal 260 295 285 0

 

•    Leningenportefeuille

bedragen x € 1.000)

Bedrag lening 

Rente  Looptijd Boekwaarde  Lening 1/1/2026 Rente Bedrag 2026 Aflossing 2026 Boekwaarde 31/12/2026 Boekwaarde 31/12/2027 Boekwaarde 31/12/2028 Boekwaarde 31/12/2029
3.400 4,120% 2006-2046 2.426 100 -75 2.351 2.273 2.192 2.108
11,200 4,135% 2006-2046 7.999 331 -246 7.752 7.496 7.228 6.950
9.800 4,270% 2006-2047 7.257 310 -205 7.051 6.837 6.614 6.381
10.000 0,365% 2020-2035 6.667 24 -667 6.000 5.333 4.667 4.000
12.000 0,250% 2021-2041 9.600 24 -600 9.000 8.400 7.800 7.200
8.000 0,280% 2021-2041 6.400 18 -400 6.000 5.600 5.200 4.800
8.000 2,440% 2022-2037 6.400 156 -533 5.867 5.333 4.800 4.267
10.000 2,820% 2024-2039 9.333 263 -667 8.667 8.000 7.333 6.667

10.000

3.077% 2025-2040 10.000 358 -667 9.333 8.667 8.000 7.333

Totalen huidige situatie Per september 2025

    66.082 1.584 -4.060 62.022 57.940 53.835 49.706
12.000 Progonose 3,25% 2025-2045 12.000 390 -600 11.400 10.800 10.200 9.600
20.000 Prognose 3,25% 2026-2046   325   20.000 19.000 18.000 17.000
8.000 Prognose 3,25% 2027-2047         8.000 7.600 7.200
7.000 Prognose 3,25% 2028-2048           7.000 6.650
3.500 Prognose 3,25% 2029-2049             3.500

Totalen naar 

verwachting 

    78.082 1.974 -4.660 93.422 95.740 96.635 93.656

 

Het verloop van de leningenportefeuille ziet er dan als volgt uit:

(bedragen x € 1.000)

EMU-saldo

Het Economisch en Monetaire Unie saldo (EMU-saldo) is het verschil van inkomsten en uitgaven van de overheid (kasstelsel).  Eerst volgende tabel toont het effect van de gemeente Texel op het EMU-saldo van Nederland. Het verplichte schatkistbankieren zorgt voor een lager EMU-saldo van Nederland. 

De gemeente Texel heeft een aflopend meerjarig financieringstekort . Dit komt ook tot uiting de meerjarige liquiditeitsplanning  waarin is opgenomen dat de gemeente leningen moet aangaan.   

Wanneer het Rijk de gemeente informeert dat alle decentrale overheden gezamenlijk het collectieve aandeel in het EMU-tekort, zoals bedoeld in artikel 3, lid 6, van de Wet Houdbare Overheidsfinanciën (HOF), hebben overschreden, stelt het college de raad op de hoogte en beoordeelt of aanpassing van de begroting noodzakelijk is.

 

(bedragen x € 1.000)

 

2025  actueel

2026 2027 2028 2029
Exploitatiesaldo 2.210 1.537 666 -685 -1.657
Mutaties reserves per saldo -10.071 -3.204 -150 496 516
Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (BBV, artikel 17c) -7.861 -1.667 516 -189 -1.141
 Afschrijvingen 4.317 6..436 5.369 5.336 5.325

 Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd 
(in de praktijk zal de omvang minder zijn in 2024 door latere uitvoering investeringsplan)

-29.000 -17.000 -10.000 -5.000 -5.000
Mutatie voorzieningen -2.280 -787 -1.037 -1.037 -1.037
Baten uit bijdragen van andere overheden (niet in exploitatie of bij investeringen meegenomen 0 0 0 0 0
Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs) voor zover niet op exploitatie verantwoord 0 0 0 0 0
Aankoop grond en uitgaven aan bouw- en woonrijp maken e.d.
(alleen transacties met derden die niet in de exploitatie staan).
-4.800 -733 0 0 `0

Baten bouwgrondexploitatie voor zover niet in exploitatie verantwoord

 

554 528 0 0 0
EMU saldo -/- tekort / + overschot -39.070 -13.223 -5.152 -890 -1.853

 

 

Toerekening rente 
De omslagrente is de rente die de gemeente intern toerekent aan de eigen producten. Deze wordt berekend op basis van de verhouding tussen de betaalde rente en het vaste activavolume, met uitzondering van projectfinancieringen, rente grondbedrijf en annuïteiten. De omslagrente voor 2026 is berekend op  0,89% en als volgt tot stand gekomen:  

     (bedragen x € 1.000)

Verwachte boekwaarde vaste activa gemeente Texel per 1/1/2026 136.872

Boekwaarde projectfinancieringen per 1/1/2026

-18.439
Totaal boekwaarde vaste activa voor berekening omslagrente 117.500
Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente via omslagrente (zie berekening onderaan) 1.049
Percentage omslagrente    0,89
Percentage omslagrente afgerond  1

(bedragen x € 1.000)

Externe rentelasten 2.300
Externe rentebaten -97
Saldo rentelasten en rentebaten 2.203
Rente grondexploitatie  -30
Rente projectfinanciering  -741
Rentebaat doorverstrekte lening  0
Rente over eigen vermogen  0
Rente over voorzieningen  0
Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente  1.422
De aan taakvelden toe gerekende rente annuïteiten vast bedrag -383
De aan taakvelden toe te rekenen rente omslag 1.049

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Paragraaf Lokale lasten

Lokale lasten

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale lasten - Lokale lasten

Waar gaat het over? 

De paragraaf lokale lasten gaat over welke belastingen en leges de gemeente aan inwoners, bedrijven en anderen oplegt en wat de jaarlijkse opbrengsten hiervan zijn.

Lokale lasten
Inwoners en ondernemers op Texel dragen met het betalen van lokale belastingen bij aan het welzijn, de leefbaarheid en de voorzieningen op ons eiland. Deze lokale belastingen noemen we lokale lasten en zijn een belangrijk onderdeel van onze opbrengsten.  Het geheel van lokale lasten is opgenomen in de belastingverordeningen die door de raad zijn vastgesteld. De hoogte van deze lokale lasten hangt gedeeltelijk af van de ambities van de gemeente: hoe groter de ambities van het bestuur, hoe meer opbrengsten nodig zijn voor de uitvoering.

Bij lokale lasten onderscheiden we belastingen, retributies en leges.

  • Belastingen zijn verplichte bijdragen aan de gemeente zonder dat hier meteen een tegenprestatie tegenover staat.
  • Retributies (verplichte betalingen) heffen we als we één van onze bezettingen beschikbaar stellen. Of als we een dienst verlenen aan een persoon of onderneming . Bijvoorbeeld marktgelden.
  • Leges zijn vergoedingen voor kosten die we maken voor administratieve handelingen. Bijvoorbeeld een paspoort aanvragen of vergunningen verstrekken

Uitgangspunten

  • De lokale lasten stijgen maximaal in lijn met de trendmatige ontwikkeling. Uitgangspunt is de verwachting van het Centraal Planbureau, zoals opgenomen in de meicirculaire 2025 van het gemeentefonds. Het Centraal Planbureau voorspelt een inflatie van 2,7% voor 2026. Het voorstel is in overeenstemming daarmee om de belastingen, heffingen en tarieven met 2,7% te verhogen.
  • De kostendekkendheid van de riool-, afvalstoffenheffing en leges is maximaal 100%. We streven naar een kostendekkendheid richting de 100%, tenzij anders bepaald. 

Beleid in ontwikkeling 2026 

Omgevingswet en Wet kwaliteitsborging voor het bouwen 
De Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) die op 1 januari 2024 in werking zijn getreden, hebben gevolgen voor de lasten en baten van de leges. Voor de bouwactiviteiten wijzigt er veel door minder vergunningplichten en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen, die tegelijkertijd in werking treedt. Er is een knip gemaakt tussen een bouwtechnisch deel en een ruimtelijk deel. Voor beiden kan een omgevingsvergunning nodig zijn, maar er zijn ook veel bouwwerken vergunningsvrij.

De bouwtechnische toets en het toezicht voor de gevolgklasse 1 (alleen nieuwbouw) worden niet meer uitgevoerd door de gemeente (dus lagere legeskosten). Gevolgklasse 1 zijn simpele constructies waarbij de gevolgen beperkt zijn als er iets gebeurt, zoals woningen en eenvoudige bedrijfsgebouwen. Deze werkzaamheden verschuiven naar een private marktpartij, de kwaliteitsborger. Hieruit kunnen nog wel handhavingstaken volgen, omdat de gemeente eindverantwoordelijk blijft.

Wkb
Het was de bedoeling om vanaf 1 juli 2025 de Wkb ook te laten gelden voor verbouwingen in gevolgklasse 1. Dit is echter voor onbepaalde tijd uitgesteld. Nu geldt de Wkb dus alleen nog voor nieuwbouw in gevolgklasse 1. In 2024 waren op grond daarvan nog weinig bouwmeldingen. Dit aantal neemt in 2025 wel toe. De omvang hiervan is nog te gering om goede conclusies te kunnen trekken over de consequenties voor de organisatie en de werkzaamheden.

De Omgevingswet stelt de gemeente voor diverse financiële keuzes. Denk bijvoorbeeld aan: 

  • Het wel of niet heffen van leges voor een vooroverleg bij een aanvraag Omgevingswet;
  • De keuze om de tariefstelling van de ruimtelijke toets te koppelen aan de bouwsom (huidige situatie) of hiervoor een andere heffingsmaatstaf te hanteren.

Nieuw
Nieuw is dat gemeenten leges kunnen gaan heffen voor milieubelastende activiteiten, zoals bodemsaneringen, maar hier is nog geen besluit over genomen. Alleen bij de vergunningplichten is legesheffing mogelijk. De VNG heeft een model-legesverordening opgesteld waarin keuzen voor de gemeenten zijn te maken.

Voor 2024 is een legesverordening vastgesteld op basis van de destijds beschikbare kennis. De legesverordening voor 2025 is op dezelfde voet voorgezet, omdat er nog te weinig data en bevindingen waren om de nodige aanpassingen te maken. Voor een betere opbouw van de legestarieven vanaf 2026 en verder is het noodzakelijk om onder meer een nieuw productenboek te schrijven en te komen tot normering van activiteiten. 

VTH productenboek
In 2025 is het nieuwe VTH productenboek vastgesteld met daarin de tijdsbesteding van de verschillende producten. Op basis hiervan stellen we nieuwe doorrekeningen op, waarmee we (opnieuw) de kostendekkendheid van de leges bepalen. Op dit moment zijn die doorrekeningen nog niet gereed. Daarom is hoofdstuk 2 van de tarieventabel bij de legesverordening nog niet aangepast en zijn de tarieven alleen geïndexeerd. Indien de doorrekeningen op tijd gereed zijn, verweken we dit in het voorstel voor de legesverordening van 2026 en geven we een toelichting.

Toeristenbelasting, forensenbelasting 

Tarief

De raad heeft in juli 2025 de nieuwe tarieven voor één jaar (2026) vastgesteld. De toeristenbelasting is met € 0,20 verhoogd naar € 2,60 per persoon per overnachting. De forensenbelasting is verhoogd met 6,01 %, voor het jaar 2026.

Forensenbelasting

Het aantal belastingplichtige objecten wat betreft de forensenbelasting is de laatste jaren stabiel, na een opgaande lijn in de jaren ervoor. Wij verwachten een ongewijzigd aantal voor 2026.

Boetebesluit bij toeristische verhuur

In 2021 heeft de gemeente geïnvesteerd in de toeristische sector door het aanstellen van de toezichthouder Lokale Belastingen. De logiesverstrekkers, grote en kleine verhuurders en belangenverenigingen  worden sinds die tijd regelmatig bezocht en geïnformeerd over bestaande en gewijzigde regelgeving. Vooral over de toeristenbelasting en de forensenbelastingen. De laatste jaren zijn er stappen voorwaarts gezet met de aangiftebereidheid aangaande de toeristenbelasting. Als er geen aangifte is gedaan, legt de gemeente een ambtshalve aanslag op. We zien dat het aantal ambtshalve aanslagen afneemt en daarnaast dat het gemiddelde aangiftebedrag zich positief ontwikkelt.

Bij controles op door logiesverstrekkers gedane aangiften blijkt dat het grootste deel volgens de regels aangifte doet. Een klein gedeelte blijkt zijn aangifte nog niet (geheel) correct in te vullen. Ook het nalaten van aangifte doen, of bijvoorbeeld gemakshalve een eigen afronding hanteren of een inschatting maken los van de administratie, zien wij helaas nog wel voorbijkomen.

De betrokken logiesverstrekker wordt bezocht en krijgt uitgelegd hoe een juiste aangifte moet worden gedaan. In de praktijk blijkt helaas dat een waarschuwing bij fiscale aangiften niet altijd leidt tot een verandering in de aangiftemoraal; we constateren nog te vaak recidive gedrag. We moeten onze werkwijze dus in een aantal gevallen hierop aanpassen. De gereedschapskist moet worden uitgebreid. Op basis van de bepalingen in onder andere de Algemene wet inzake rijksbelastingen, die ook van toepassing is op de heffing en invordering van gemeentelijke belastingen, kunnen we bij constatering van (bewust/herhaaldelijk) foutieve aangifte of het niet doen van aangifte, een boete opleggen. Om tot een duidelijk en uniform boetebeleid te komen  zal een Besluit Bestuurlijke Boeten gemeente Texel worden opgesteld.

Dit besluit geeft houvast voor het direct kunnen beboeten van het niet doen of het foutief indienen van de aangifte toeristenbelasting. Basis is dat de boete tenminste net zo hoog is als het verschil tussen de aangifte en de vastgestelde of geschatte aangifte. 

Het doel is om alle logiesverstrekkers op een gelijke manier te behandelen, volgens de door onze gemeenteraad vastgestelde verordeningen.

Kwijtscheldingen

Voor mensen met de laagste inkomens kunnen gemeentelijke belastingen geheel of gedeeltelijk worden kwijtgescholden. In beginsel moet iedereen de aanslag gemeentelijke belastingen betalen. In uitzonderlijke gevallen kan de gemeente overgaan tot kwijtschelding (geheel of gedeeltelijk) van gemeentelijke belastingen. Dit is afhankelijk van het inkomen en wordt getoetst aan de voorwaarden voor kwijtschelding die in de invorderingswet staan. De gemeente werkt op hierin samen met het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier.

Het waterschap toetst alle verzoeken en geeft de gemeente informatie over het wel of niet verlenen van kwijtschelding. Het voordeel van deze samenwerking is dat de belastingbetaler maar één keer een verzoek hoeft in te dienen.

Rapportage kostendekkendheid leges

Achtergrond leges en kostendekkendheid

De Gemeentewet (artikel 229b) is de basis voor de legesheffing. Het uitgangspunt is dat de tarieven van de leges zodanig worden vastgesteld dat de geraamde opbrengsten van de leges niet boven de geraamde lasten uitkomen.

Door de grote verscheidenheid aan diensten waarvoor leges geheven kunnen worden, is het voor de wetgever formeel niet mogelijk om hiervoor voorschriften te geven, zonder te vervallen in zeer gedetailleerde regelgeving. De wetgever heeft het daarom aan de gemeenten zelf overgelaten om te bepalen welke diensten tegen welk tarief in een verordening worden vastgelegd. De mogelijkheid van kruissubsidiëring (subsidiëring van onrendabele activiteiten met 'winst' uit rendabele activiteiten) is toegestaan.

De door het college opgestelde begroting is de basis voor de berekening van het onderzoek naar de kostendekkendheid van de leges. Ook is gebruik gemaakt van de ‘Handreiking kostentoerekening leges en tarieven’, opgesteld in opdracht van het Ministerie van Binnenlandse zaken en van het kostenmodel van de VNG. Er is geen wettelijk voorgeschreven overzicht van toe te rekenen kosten en baten. Er zijn uitsluitend richtlijnen, waarvan een groot deel voortvloeit uit jurisprudentie. 

De legesverordening en de bijbehorende tarieventabel van Texel is verdeeld in drie hoofdstukken:

  • Hoofdstuk 1. Algemene dienstverlening;
  • Hoofdstuk 2. Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving  (o.a. omgevingsvergunning);
  • Hoofdstuk 3. Dienstverlening vallend onder de Europese dienstenrichtlijn.

Tarieventabel
In deze rapportage geven we een overzicht van de kostendekkendheid van de tarieventabel. Hiermee wordt duidelijk of de kostendekkendheid voldoet aan de wettelijke eisen. Voor de kostendekkendheid van leges van gemeenten gelden een aantal wettelijke kaders. Zo is er specifieke wetgeving die de maximale prijs per product aangeeft. Daarnaast heeft de raad van Texel kaders gesteld. De raad vindt dat ‘tarieven voor diensten en producten kostendekkend moeten zijn, tenzij’. Waarbij het tenzij geldt voor besluiten van de raad om voor bepaalde diensten geen of een lager tarief te hanteren.

Burgers en bedrijven
Voor burgers en bedrijven is het belangrijk de kostendekkendheid te bewaken, zodat zij niet te veel of te weinig betalen voor geleverde diensten. In geval van rechtszaken waarin de hoogte van tarieven in het geding is, moet de gemeente kunnen aantonen dat de tarieven binnen de wettelijke kaders van kostendekkendheid vallen.

Inzicht in de kostendekkendheid geeft ook zicht op heffingsruimte. Zolang de maximale kostendekkendheid(100%) niet is bereikt, kunnen tarieven worden verhoogd. Bij een keuze voor het verhogen van tarieven is het niet noodzakelijk om alle tarieven te verhogen. Ook hoeven niet alle tarieven met hetzelfde percentage te worden verhoogd. Zolang de gehele maximale kostendekkendheid niet wordt overschreden, kan per tarief worden besloten of en met hoeveel procent het tarief wordt verhoogd. Wettelijk voorgeschreven tarieven mogen niet verhoogd worden.

Kostendekkendheid algemeen

De kostendekkendheid van de gemeente Texel begroot voor 2026 is totaal 91,96% (in 2025 was dit 76,00%).

 Berekening kostendekkendheid

Hoofdstuk 1 Algemene dienstverlening

Taakveld in €

Overhead in €

Totale Kosten in €

Totale Opbrengsten in €

kostendekkendheid

paragraaf

1

Burgerlijke stand

42.500 24.764 67.264 57.513 85,50%

paragraaf

2

Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

139.582 59.405 198.987 185.458 93,20%

paragraaf

3

Rijbewijzen

26.712 20.582 47.294 46.353 98,01%

paragraaf

4

Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens

5.810 6.274 12.084 27.089 224,17%

paragraaf

5

Bestuursstukken

0 0 0 0 0%

paragraaf

6

Vastgoedinformatie

0 0 0 0 0%

paragraaf

7

Overige publiekszaken

2.209 998 3.207 2.755 85,90%

paragraaf

8

Gemeentearchief

0 0 0 0 0%

paragraaf

9

Bijzondere wetten

57.785 59.642 117.427 73.615 62,69%

paragraaf

10

Diversen

1.140 1.231 2.371 1.985 83,72%

kostendekkendheid Hoofdstuk 1

275.738 172.896 448.634 394.768 87,99%

 

Lasten

Niet alle lasten die in de begroting zijn opgenomen zijn altijd voor 100% toerekenbaar. Een deel van de kosten kan niet direct in verband worden gebracht met de uitgevoerde dienst. Bijvoorbeeld de kosten van handhaving of bezwaar en beroep betreffende een vergunning. 

De volgende lasten (niet limitatief) zijn in de berekening meegenomen. Daarbij is uitgegaan van het toerekenbare deel:

  1. Apparaatskosten (bestaat uit directe loonkosten, verhoogd met percentage overheadkosten);
  2. Kosten voor buitengewoon ambtenaren van de burgerlijke stand (trouwen);
  3. Trouwboekjes;
  4. Afdrachten aan het Rijk;
  5. Kosten van druk- en bindwerk; 
  6. Aankoopkosten van gehandicapten-parkeerkaarten en medische indicatie.

Toelichting hoofdstuk 1:

Bij hoofdstuk 1, de algemene dienstverlening, is weinig ruimte om de tarieven te verhogen, omdat de opbrengsten voornamelijk afkomstig zijn van paspoorten en rijbewijzen. Deze tarieven zijn momenteel gelijk aan de maximaal toegestane hoogte. De overige tarieven voor 2026 worden ten opzichte van 2025 geïndexeerd met 2,7%. De opbrengsten van alle diensten binnen hoofdstuk 1 mogen niet hoger zijn dan de uitgaven. 

Binnen een hoofdstuk mag de kostendekkendheid van een dienst dus meer dan 100% bedragen, zolang dit gecompenseerd wordt door een lagere kostendekkendheid voor een andere dienst.

Hoofdstuk 2 Omgevingswet

Taakveld
in €

Overhead
in €

Totale Kosten
in €

Totale Opbrengsten
in €

kostendekkendheid

paragraaf

 

Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

699.616 637.329 1.336.945 1.329.705 99,46%

kostendekkendheid Hoofdstuk 2

699.616 637.329 1.336.945 1.329.705 99,46%

 

Lasten

De volgende lasten(niet limitatief) zijn in de berekening meegenomen. Daarbij is uitgegaan van het toerekenbare deel:

  1. Apparaatskosten (bestaat uit directe loonkosten verhoogd met overheadkosten).
  2. Kosten welstandscommissie.
  3. Publicatie in de Staatscourant.

Toelichting hoofdstuk 2:

De kostendekkendheid van hoofdstuk 2 is net onder de 100% gebleven. Hoewel er wordt getoetst op de gehele verordening is het advies om onder deze grens te blijven. Het is namelijk goed mogelijk dat de jurisprudentie wat betreft kruissubsidiëring, wijzigt met een toename van bezwaar- en beroepsprocedures als gevolg.  De komende jaren bekijken we hoe we de dienstverlening kunnen versnellen, waardoor de kosten afnemen en dit een neerwaarts effect op de kostendekkendheid heeft. 

De opbrengsten van alle diensten binnen hoofdstuk 2 mogen niet hoger zijn dan de uitgaven. Binnen een hoofdstuk mag de kostendekkendheid meer dan 100% bedragen, zolang dit gecompenseerd wordt door een lagere kostendekkendheid voor een andere dienst.

Hoofdstuk 3 Europese dienstenrichtlijn

Taakveld
in €

Overhead
in €

Totale Kosten
in €

Totale Opbrengsten
in €

kostendekkendheid

paragraaf

1

Horeca

19.418 19.740 39.158 39.126 99,92%

paragraaf

2

Seksbedrijven

0 0 0 0 0%

paragraaf

3

Winkeltijdenwet

0 0 0 0 0%

paragraaf

4

Organiseren evenement of markt

127.270 127.706 254.976 148.929 58,41%

paragraaf

5

Standplaatsen

0 0 0 0 0%

paragraaf

6

Huisvestingswet 2014

0 0 0 0 0%

paragraaf

7

In dit hoofdstuk niet benoemd besluit

0 0 0 0 0%

kostendekkendheid Hoofdstuk 3

146.688 147.446 294.134 188.055 63,94%

 

Lasten

De volgende lasten zijn in de berekening meegenomen, waarbij is uitgegaan van het toerekenbare deel:

  1. Apparaatskosten (bestaat uit directe loonkosten verhoogd, met overheadkosten).

Toelichting hoofdstuk 3:

Hoofdstuk 3 is een klein onderdeel van de legesverordening en bestaat voor een groot deel uit evenementenvergunningen. Deze is bij veel gemeenten niet kostendekkend, door de maatschappelijke betekenis. Ook de raad van onze gemeente heeft hierover een expliciet besluit genomen.

Conclusie

Recapitulatie Hoofdstuk 1, 2 en 3

Taakveld
in €

Overhead
in €

Totale Kosten
in €

Totale Opbrengsten
in €

kostendekkendheid

kostendekkendheid Hoofdstuk 1

275.738 172.896 448.634 394.768 87,99%

kostendekkendheid Hoofdstuk 2

699.616 637.329 1.336.945 1.329.705 99,46%

kostendekkendheid Hoofdstuk 3

146.688 147.446 294.134 188.055 63,94%

kostendekkendheid totale tarieventabel

1.122.042 957.671 2.079.713 1.912.528 91,96%

 

De kostendekkendheid van de gemeente Texel voldoet aan de wettelijk gestelde eisen. Eventueel is er ruimte om de tarieven van hoofdstuk 1 en 3 te verhogen. 

Een volledige 100% kostendekkende legesverordening is risicovol, omdat de toerekenbare kosten mede gebaseerd zijn op jurisprudentie. Als nieuwe jurisprudentie zorgt voor veranderingen in de kosten die aan leges worden toegerekend, kan de  kostendekkendheid worden overschreden. Dit kan leiden tot het onverbindend verklaren van de legesverordening en de daarbij behorende tarieventabel. En zou betekenen dat er geen leges geheven kunnen worden. Door iets onder het toegestane maximum te blijven, wordt dit risico opgevangen. Vanuit dit oogpunt is een dekkingspercentage tussen de 90% en 95% aan te bevelen.

Welke belastingen en leges heft de gemeente en wat levert dat op?

Omschrijving

Werkelijke

Opbrengst 2024 in €

Geraamde

opbrengst 2025 in

Geraamde

opbrengst 2026 in

Afvalstoffenheffing 2.287.182 2.550.218 2.654.909
Reinigingsrechten voor bedrijven 27.500 27.500 27.500
Forensenbelasting 1.332.442 1.335.829 1.443.829
Havengelden 174.185 167.590 172.115
Leges (incl. bouwvergunningen c.s.) 1.499.857 1.501.973 1.912.528
Lijkbezorgingrechten (incl. huuropbrengsten graven) 64.082 71.010 72.927
Marktgelden 15.237 21.324 21.899
OZB woningen 1.333.160 1.358.089 1.454.757
OZB niet-woningen 828.487 848.962 911.884
Parkeerbelastingen (excl. boetes, incl. vergunningen) 4.610.691 5.919.500 5.919.500
Precariobelasting 164.678 158.169 187.439
Reclamebelasting 104.489 108.530 111.460
Rioolheffing 3.632.418 3.709.958 3.850.523
Toeristenbelasting 9.159.322 8.840.000 9.572.000
Watertoeristenbelasting 154.825 160.000 170.000

 

ad a        De gemeente heft afvalstoffenheffing van huishoudens die gebruikmaken van de diensten van de gemeentelijke ophaaldienst. De afvalstoffenheffing stijgt voor een eenpersoonshuishouden van
€ 245,81 naar € 255,17 en voor een meerpersoonshuishouden van € 396,07 naar € 411,16. De kosten voor een extra container en voor een recreatiewoning stijgt van € 309,13 naar € 320,90.

Deze stijging wordt veroorzaakt door onder andere hogere kosten inzameling huishoudelijk afval, maatregelen recycleplan, hogere kosten grof huisvuil, restafval huishoudelijk en GFT.  

ad b        Inzameling van bedrijfsafval vindt plaats voor de gemeentelijke onderdelen haven, strand en gemeentehuis. Onder bedrijfsafval vallen ook de werkzaamheden m.b.t. beerputten en vetvangers.

Omschrijving

Directe kosten
in €

Loonkosten
in €

Overhead
in €

Baten
in €

Kostendekkendheid

Toelichting kostendekkendheid huishoudens

1.875.684

783.289

200.753

-2.614.726

91,43%

Toelichting kostendekkendheid bedrijven

12.343

11.891

3.266

-27.500

100%

 

ad c Forensenbelasting is een belasting die de gemeente heft als personen meer dan 90 dagen per jaar een gemeubileerde woning voor zichzelf of hun gezin houden. Het geldt alleen voor personen die niet woonachtig zijn in de gemeente Texel. Het tarief voor deze belasting is in 2025 voor het jaar 2026 vastgesteld en is naar rato verhoogd met 6,01%. Basis van de verhoging is de aanpassing van het tarief toeristenbelasting van € 2,40 naar  € 2,60.

ad d Onder de naam ‘havengeld’ wordt een recht geheven voor vaartuigen die gebruikmaken van de gemeentelijke haven. De havengeldtarieven worden trendmatig verhoogd met 2,7%.

ad e Leges worden in rekening gebracht voor een dienst die de gemeente levert. Voorbeelden van zo’n dienst zijn: het behandelen van een aanvraag voor een omgevingsvergunning en het verstrekken van een uittreksel uit het bevolkingsregister. De geraamde opbrengst voor 2026 wordt trendmatig verhoogd met 2,7% in vergelijking met de begrote cijfers in 2025 daarnaast is de stelpost van € 400.000 verwerkt in de opbrengst. Deze verhoging geldt niet voor de tarieven voor rijbewijzen en reisdocumenten, aangezien deze tarieven worden vastgesteld door het Rijk.

Leges

Taakveld
in €

Overhead
in €

Totale Kosten
in €

Totale opbrengsten
in €

kostendekkendheid

kostendekkendheid totale tarieventabel 1.122.042 957.671 2.079.713 1.912.528 91,96%

 

ad f De gemeente kent een verordening ‘lijkbezorging rechten’. Hierin staan de tarieven die gelden voor het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats en voor verlenen van diensten in verband met de begraafplaats. In de opbrengsten zijn ook de huuropbrengsten van graven meegenomen. Ook deze tarieven worden trendmatig verhoogd met 2,7%.

ad g De gemeente heft marktgelden voor het innemen van een standplaats met marktwaren. Deze tarieven worden trendmatig verhoogd met 2,7%.

ad h/i Eigenaren betalen een OZB-eigenarenbelasting. Gebruikers van niet-woningen betalen ook gebruikersbelasting.

  • De eigenaar: iedereen die op 1 januari eigenaar is van een onroerende zaak ontvangt een aanslag OZB-eigenarenbelasting. Indien het eigendom in de loop van het belastingjaar wordt verkocht, heeft dat geen invloed op de hoogte van de aanslag. Meestal verrekent de notaris de eigenarenbelasting met de nieuwe eigenaar.
  • De gebruiker: iedereen die op 1 januari een onroerende zaak (niet-woning) in gebruik heeft, ontvangt de aanslag OZB-gebruikersbelasting. Verhuizing in de loop van het belastingjaar heeft geen invloed op de hoogte van de aanslag. Hier staat tegenover dat de gebruiker, bij bijvoorbeeld verhuizing in de loop van het jaar, geen aanslag OZB-gebruikers voor de nieuwe onroerende zaak ontvangt.
  • Wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ). Gemeenten moeten jaarlijks een nieuwe waarde voor het onroerend goed vaststellen. Over deze waarde wordt de aanslag Onroerende Zaakbelastingen berekend. Deze waarde wordt ook gebruikt door de Belastingdienst en het waterschap.
  • Het tarief van de OZB wordt zodanig vastgesteld, dat de netto-opbrengst 2,7% trendmatig stijgt ten opzichte van de begrote opbrengst van 2025. Het tarief van de OZB kan pas worden vastgesteld als bekend is wat de waardeontwikkeling van het onroerend goed op Texel is.

ad j De gemeente heft parkeerbelasting bij de persoon die een voertuig parkeert op een door de gemeente ingerichte parkeervoorziening. Wie niet betaalt op een parkeerplaats waar parkeerbelasting verplicht is, krijgt een parkeerboete, de zogeheten naheffingsaanslag.

Voor 2026 wordt geen wijziging in tarieven voorgesteld. De tarieven blijven:

Jaarvignet       € 40

Weekvignet    € 30

Dagvignet        € 20

Uurtarief          € 5

De kosten voor de naheffingsaanslag worden gelijkgesteld aan het landelijk maximum van € 82,00.

De voor 2026 geraamde kosten voor het opleggen van naheffingsaanslag (art. 2 Besluit gemeentelijke parkeerbelastingen):

a.       Vaste Informatieverwerkingskosten                           €                    158.943

b.       Variabele informatieverwerkingskosten                  €                      83.803

c.       Kosten van afschrijving                                                        €                      23.220

d.       Kosten van interest                                                                €                              0

e.       Personeelskosten                                                                    €                   147.316

f.       Overheadkosten                                                                       €                    210.456

Totale kosten naheffingsaanslag                                              €                    623.738

Het voor 2026 geraamde aantal op te leggen naheffingsaanslagen is 800.

De kosten gedeeld door het aantal te verwachten naheffingsaanslagen geeft een bedrag van € 780. Het maximaal te hanteren Rijkstarief voor 2026 is € 82,-.

ad k De gemeente heft precariobelasting als derden gebruik maken van de openbare ruimte voor commerciële doeleinden. Deze tarieven worden trendmatig verhoogd met 2,7%. Daarnaast heeft in 2025 een controle plaatsgevonden waardoor de opbrengst structureel met € 25.000 kan worden verhoogd.

ad l Sinds 2018 heft de gemeente reclamebelasting. De opbrengst van deze belasting wordt, na aftrek van de door de gemeente betaalde kosten voor inning, doorbetaald aan de Stichting Winkelhart Den Burg. Uit deze opbrengst worden activiteiten en investeringen bekostigd voor Texelse bedrijven. Deze tarieven worden trendmatig verhoogd met 2,7%.

 ad m       Rioolheffing wordt geheven voor het gebruik van de riolering. In december 2022 is het Programma Stedelijk Water en Riolering 2023-2027 door de raad vastgesteld. Het nieuwe tarief voor de rioolheffing 2026 wordt € 308,04.

Rioolheffing

Directe kosten
in €

Loonkosten
in €

Overhead
in €

Baten
in €

kostendekkendheid

Toelichting kostendekkendheid

2.885.455

561.171

363.500

-3.810.126

100%

 

ad n Het tarief voor de toeristenbelasting voor 2026 is in 2025 vastgesteld. Het tarief per overnachting stijgt in 2026 naar € 2,60 per persoon.

 Vergelijking lokale lastendruk regio 2026

Het Coelo (centrum voor onderzoek naar de economie van de lagere overheden) stelt jaarlijks een Atlas van de lokale lasten op. Daarin beschrijft het centrum de ontwikkelingen van de belastingen van de decentrale overheden. Daarbij ligt de nadruk op de woonlasten voor huishoudens. Dit gaat om de OZB, afvalstoffen- en rioolheffing. Op basis van belastingjaar 2025 is in onderstaand overzicht een vergelijking gemaakt van de gemiddelde woonlasten van Texel met omliggende gemeenten in de Wadden en de Noordkop. 

Uit de benchmark blijkt dat de gemiddelde woonlasten op Texel lager liggen dan het landelijke gemiddelde. In de regio heeft alleen Ameland lagere woonlasten. 

Gemeente Lasten (€) eph* (Coelo 2025) Lasten (€) mph* (Coeloe 2025) Rangnummer mph (Coelo 2025) OZB tarief woningen (%) (Coelo 2025) OZB tarief niet-woningen (%) (Coelo 2025) Gemiddelde WOZ waarde woningen (€) (CBS 2025)
Nederland (gem)   1.053   0,0924 0,5753 398.000
Regionaal
Ameland 596 680 1 0,0647 0,2720 353.000
Den Helder 832 1.002 135 0,0973 0,8088 261.000
Hollands Kroon 827 955 82 0,0881 0,3332 372.000
Schagen 1035 1.096 235 0,1097 0,4290 373.000
Schiermonnikoog 895 1.034 175 0,0998 0,4079 422.000
Terschelling 901 901 41 0,0880 0,7450 457.000
Texel 695 846 16 0,0323 0,1311 406.000
Vlieland 760 918 52 0,0645 0,4165 426.000

 

Paragraaf Wet Open Overheid

Paragraaf Wet Open Overheid

Terug naar navigatie - Paragraaf Wet Open Overheid - Paragraaf Wet Open Overheid

Wet Open Overheid
Sinds mei 2022 vervangt de Wet Open Overheid (Woo) de Wet Openbaarheid van Bestuur (Wob). Eén van de verschillen tussen de Woo en de Wob is de verplichting om overheidsinformatie actief openbaar te maken. De gemeente Texel maakt de actieve (op voorhand) en passieve (op verzoek) publicaties openbaar op www.texel.nl en via de Woo-index. De belangrijkste plichten die de overheid heeft volgens de Woo zijn deze actieve en passieve openbaarmaking én het op orde hebben van de informatiehuishouding.

Doel
Het doel van de Woo is het vertrouwen vergroten in de gemeente. Helder maken wat we doen en waarom we het doen. Het vergroten van onze dienstbaarheid en naast de burger te staan in plaats van tegenover.

Bekend maken en borgen
Om de Wet Open Overheid in twee jaar te implementeren binnen de gemeente Texel, is halverwege 2024 een Woo-coördinator aangenomen met de volgende taken:
•    Woo intern bekend maken en houden
•    Woo extern bekend maken
•    Bijdragen aan de informatiehuishouding op orde 
•    Inrichten werkprocessen
•    Actieve publicaties openbaar maken
•    Woo-verzoeken begeleiden/afhandelen en openbaar maken
•     De teams met de vakspecialisten voorbereiden op het zelf ontvangen en afhandelen van Woo-verzoeken
•    Onderzoeken of het haalbaar is dat  vakspecialisten zelf Woo-verzoeken ontvangen en afhandelen

Pluspunten Woo-coördinator
Het blijkt dat bij een Woo-verzoek de Woo-coördinator twee pluspunten heeft vergeleken met een vakspecialist.  
De Woo-coördinator
•    is een neutrale derde, onbekend met de inhoud en geschiedenis, wat de mogelijkheid geeft om te vragen: “Begrijp ik uw vraag goed” en te zeggen: “Ik ga achter het antwoord aan” en “Ik kan geen toezeggingen doen voor collega’s maar ik kan wel beloven dat ik u terugbel over wat ik tot dan toe weet, wanneer komt het u uit dat ik bel.” Hierdoor verandert het gesprek. 
•    heeft daarnaast vaste uren per week om Woo-verzoeken te begeleiden en af te handelen. Het ontvangen en afhandelen komt voor de vakspecialist boven op het dagelijkse werk.

Tevreden verzoeker
Wanneer de Woo-coördinator zo snel mogelijk en oprecht geïnteresseerd contact opneemt met de verzoeker, blijkt  dat de verzoeker vaak alleen zelf antwoord wil krijgen op een vraag en niet de voorkeur geeft aan formele afhandeling als Woo-verzoek inclusief de geanonimiseerde publicatie op de website. 
De Woo-procedure wordt dan ingezet als middel om serieus genomen te worden en antwoord te krijgen. Door tijdig en persoonlijk contact te leggen, kan het verzoek in veel gevallen worden afgehandeld als een minder bewerkelijk informatieverzoek. Dat levert meerdere voordelen op: de verzoeker is tevreden en intern scheelt het in tijd, werkdruk en kosten. 

Overhead

Overhead

Terug naar navigatie - Overhead - Overhead

In het gewijzigde Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) wordt voorgeschreven dat de baten en lasten van de overhead niet meer via de verdeelsleutel toegerekend mogen worden aan de afzonderlijke beleidsprogramma's. De overhead moet in een apart programma worden toegelicht. Deze wijziging is in 2017 ingevoerd om de (landelijke) transparantie te bevorderen.

In de programma's worden vanaf 2017 alleen de kosten opgenomen die betrekking hebben op het primaire proces. Door het apart presenteren van de overhead vervalt de noodzaak van een kostentoerekening aan alle gemeentelijke taken en activiteiten. Ook de aan overhead toe te rekenen rente wordt meegenomen in het programma overhead. Hiermee wordt de begroting en verantwoording transparanter en kan volgens de commissie BBV beter worden gestuurd op de bedrijfsvoering. Bovendien kan door het hanteren van een landelijk voorgeschreven systematiek een betere vergelijking worden gemaakt met andere gemeenten.

Het centraal moeten begroten en verantwoorden van alle overhead pakt nadelig uit als normaliter een deel van de overheadkosten ten laste van grote projecten of investeringen worden gebracht. Daarom is het toegestaan deze betreffende overheadkosten op indirecte wijze (extra comptabel) toch aan die investeringen en projecten toe te rekenen.
Het centraal begroten van de kosten van overhead betekent ook dat het niet langer mogelijk is om uit de programma's of taakvelden de tarieven voor heffingen en leges te bepalen. Tot nu toe werden overheadkosten met verdeelsleutels via de kostenverdeelstaat aan de programma's toegerekend. Daardoor werden alle kosten die toe te rekenen zijn aan heffingen en leges meegenomen in het programma.

Nu wordt apart bepaald welk deel van de overheadkosten aan heffingen en leges toegerekend kan worden. Om inzicht te verschaffen in de resultaten van deze berekeningen, moeten deze voortaan met toelichting worden opgenomen in paragraaf G: Lokale lasten.

In het BBV wordt overhead gedefinieerd als 'alle kosten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van het primaire proces'. In de Notitie overhead van de commissie BBV wordt dieper ingegaan op de onderscheiden componenten van overhead. Voor wat betreft personeel behoren de onderstaande kosten tot de overhead:

  • leidinggevenden in het primaire proces;
  • medewerkers van financiën, toezicht en controle gericht op de eigen organisatie;
  • medewerkers van P&O/HRM;
  • medewerkers van inkoop;
  • medewerkers communicatie, met uitzondering van klantcommunicatie;
  • medewerkers van juridische zaken;
  • medewerkers van bestuurszaken en bestuursondersteuning;
  • medewerkers van informatievoorziening en automatisering;
  • medewerkers van facilitaire zaken en huisvesting;
  • medewerkers verantwoordelijk voor postbehandeling en archivering;
  • managementondersteuning in het primaire proces.

Naast de personele kosten van bovenstaande medewerkers behoren ook tot de overhead:
•    de kosten voor huisvesting en voor uitvoering van de algemene taken van de eigen gemeentelijke organisatie;
•    personele kosten van medewerkers die niet eerder genoemd zijn, maar die werkzaamheden verrichten die niet zijn toe te rekenen aan één of meerdere taakvelden;
•    verzekeringskosten en opleidingskosten voor personeel;
•    de bijdrage aan een verbonden partij, voor zover deze verbonden partij werkzaam is voor het taakveld overhead.

Overhead:
Voor de berekening van de tarieven voor leges, afvalstoffenheffing en rioolheffing wordt rekening gehouden met de toerekening van overheadkosten. Deze wordt toegerekend op basis van de personele omvang, voor zover die zich bezighoudt met het verstrekken van het desbetreffende product. 

Overzicht totale overhead 

Bedragen x €1.000

   Bedrag % totale overhead % lasten begroting
Verdeling overhead 2026       
•    Personeel     9.637 70,5 11,0
•    Automatisering     1.565 11,5 1,8
•    Organisatie     1.350 9,9 1,6
•    Huisvestingskosten     1.106 8,1 1,3
Totaal      13.658 100 15,7

Het percentage overhead ten opzichte van de totale lasten in de begroting  bedraagt 15,7%. 
Dit percentage was in de afgelopen jaren als volgt:

2025 14,2%

2024 14,7%,

2023 15,4%

2022 15,1%

Hieruit blijkt dat het percentage overhead, ten opzichte van de totale lasten, iets stijgt in vergelijking tot de voorgaande jaren. 
Dit komt met name door de stijging van de personele lasten.